Het Brussels Gewest wijst 12 tijdelijke gebruikers aan voor een deel van de gebouwen aan de Manchesterstraat 17-19 in Molenbeek

Manchesterstraat

Het Brussels Gewest wijst 12 tijdelijke gebruikers aan voor een deel van de gebouwen aan de Manchesterstraat 17-19 in Molenbeek

persbericht

27 juli 2021

Na in maart van dit jaar een oproep tot het indienen van blijken van belangstelling te hebben uitgeschreven, koos het Brussels Gewest via de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (MSI), die het project als gedelegeerd opdrachtgever in goede banen leidt, 12 dossiers uit de 28 ontvangen inzendingen. De tijdelijke projecten zullen samen een oppervlakte van bijna 3.000 m2  innemen en een voorsmaakje bieden van het toekomstige gewestelijk centrum voor artistieke en creatieve producties aan de Manchesterstraat in Sint-Jan Molenbeek.

De gebouwen aan de Manchesterstraat 13-15 en 17-19 zijn op termijn bestemd voor culturele, artistieke en creatieve producties en aanverwante voorzieningen (zoals kantoren, een polyvalente zaal en kunstenaarsresidenties). Het gaat hier om een van de prioritaire dossiers van het stadsvernieuwingscontract “Heyvaert – Poincaré” (SVC 5) dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest financiert.

De Brusselse regering had in april 2020 al beslist dat de vzw Recyclart in het gebouw aan de Manchesterstraat 13-15 mocht blijven, omdat haar activiteiten aansluiten bij het toekomstige creatief centrum. 

Het Gewest besloot op voorstel van minister-president Rudi Vervoort om de periode die voorafgaat aan de werken voor de definitieve inrichting van het artistiek en creatief centrum (gepland vanaf midden 2023), te benutten om ook een deel van de gebouwen aan de Manchesterstraat 17-19 tijdelijk ter beschikking te stellen. Daarom werd een oproep tot het indienen van blijken van belangstelling uitgeschreven voor een deel van de verdiepingen van twee gebouwen op de binnenplaats van het huizenblok aan de Manchesterstraat 17-19. De totale in gebruik te nemen oppervlakte bedraagt bijna 3.000 m², verdeeld over een aantal verdiepingen. 

Zoals we eerder al met succes voor andere stedelijke ontwikkelingsprojecten in Brussel hebben gedaan, willen wij de voorbereidende fase van deze reconversie aangrijpen om tijdelijke projecten te ontwikkelen, voordat de werken van start gaan. Ruimtes zoals deze, waar mensen vrij en naar believen dingen kunnen uitproberen, zijn van essentieel belang. Door de gezondheidscrisis die de cultuur- en evenementensector, maar ook de bevolking zwaar getroffen heeft, zijn dergelijke lokale projecten waardevol. Ze bieden de buurtbewoners en de Brusselaars, maar ook de bezoekers van ons hoofdstedelijk gewest de kans om zich deze plaats eigen te maken, elkaar te ontmoeten, samen te werken, van gedachten te wisselen, enzovoort. Deze locatie zal tijdens de overgangsfase een specifieke identiteit krijgen, die na afloop van het tijdelijke gebruik zal blijven voortbestaan,” aldus minister-president Rudi Vervoort

Een voorproefje van het definitieve project

Het Gewest wil er een centrum voor culturele, artistieke en creatieve producties tot stand brengen. In aanloop daarnaartoe zal de MSI er een tijdelijke experimentruimte ontwikkelen. Dat moet gebeuren op basis van een tijdelijk coherent project, waarbij de verschillende gebruikers met elkaar een synergie aangaan in plaats van los van elkaar te opereren. Het project zal enerzijds samengesteld zijn uit productieateliers voor beroepen in de culturele en creatieve sector en anderzijds uit structuren die sterk verankerd zijn in en openstaan naar de wijk.

Een selectiecomité bestaande uit verschillende betrokken partijen, waaronder de eigenaar van de gebouwen (GOB – Directie Facilities) en de gemeente Molenbeek, wezen de volgende tijdelijke gebruikers aan. Zij zullen er vanaf september hun intrek nemen: 

  • de vzw Impulsion: artistiek, sociocultureel en pedagogisch project gericht op stedelijke expressie (dans, vorming, productie).
  • Entropie Production: productiecollectief dat opkomende kunstenaars in de wereld van de podiumkunsten, de performancekunsten en de visuele en radiokunsten begeleidt. 
  • Habemus Papam: structuur die kunstenaars bij de ontwikkeling van hun project begeleidt, zodat zij deze een zo blijvend mogelijke uitstraling kunnen geven.
  • Rainbow Nation Brussels: organisatie die de artistieke, culturele en maatschappelijke expressie van LGBTQIA+-mensen wil bevorderen.
  • Black History Month: kunstenaarscollectief dat de Afrikaanse cultuur en diasporacultuur (kunst / literatuur / podium) promoot.
  • Dis les Termes: project voor de productie van audiovisuele en educatieve content in nauwe relatie met de jongeren van de wijk.
  • Podcasting from the margins: project om de stemmen op sociale media, blogs en podcasts te democratiseren.
  • Cens Academy: educatief sportproject om de sociale en fysieke ontwikkeling en het welzijn van jongeren te bevorderen.
  • ATLAS: educatief kunstproject op het gebied van scenografie, choreografie en lichaamsexpressie.
  • Imazi.Reine: educatief kunstproject met zeer uiteenlopende activiteiten (artistieke productie, toneel, tentoonstellingen, colloquia, audiovisuele vorming, gesprekstafels).
  • Damaged Goods: project ter ondersteuning van tal van opkomende artistieke structuren in de audiovisuele sector, de scenografie, de beeldende kunsten, …
  • Not only Voices: inclusief en participatief project in de audiovisuele en mediasector.
  • Verscheidene beeldende kunstenaars.

“Ik ben blij dat het proces waarbij de overheid en burgerverenigingen de handen in elkaar hebben geslagen, dit resultaat heeft opgeleverd. We wilden de gebouwen optimaal laten gebruiken en de grote leegstaande ruimtes opvullen met levendige culturele en sociale projecten. En dat zal ook gebeuren dankzij de twaalf projecten die we hebben geselecteerd. Daardoor zullen twaalf dynamische initiatiefnemers gebruik kunnen maken van een uitzonderlijke locatie om vorm te geven aan hun creatieve projecten. De activiteiten in de gebouwen zullen bovendien toegankelijk zijn voor de Hertoginnewijk en haar bewoners. Dat was voor mij een cruciaal punt,” onderstreept Catherine Moureaux, burgemeester van Sint-Jans-Molenbeek.

Gilles Delforge, directeur van de MSI, is verheugd “over de kwaliteit van de inzendingen die de MSI heeft ontvangen. De MSI zal er via de geselecteerde projectleiders andermaal toe kunnen bijdragen dat het vastgoed van het gewest ter beschikking wordt gesteld aan de Brusselaars, zoals zij dat vandaag al doet via allerlei tijdelijke projecten die elk hun eigen kenmerken hebben: See U binnen Usquare.brussels, het reconversieproject voor de voormalige Fritz Toussaintkazerne sinds april 2019; MolenWest naast het Weststation sinds september 2020; “Zomer in Josaphat” op het terrein van het voormalige rangeerstation Josaphat vorige en deze zomer. Elke keer vindt het publiek er op diverse manieren zijn weg naartoe. Dat bezorgde de MSI en See U eind 2020 zelfs een Visit.brussels Award”.

Praktische modaliteiten

Het selectiecomité baseerde zich bij de keuze van de twaalf projectleiders op criteria die verband hielden met elementen zoals het potentieel om een voorproefje te bieden van het toekomstige centrum voor culturele, artistieke en creatieve producties; de toegevoegde waarde voor de wijk en haar bewoners; het vermogen om de visie en de ambities van het Gewest voor deze site te integreren; het vermogen om zich te integreren in een project met een globale identiteit, in synergie met de andere gebruikers; het vermogen om zich voor de gemeenschap in te zetten voor het beheer van het gebouw; het vermogen voor een grootschalige draagwijdte; de mate van verenigbaarheid met de site (geschiedenis, ruimtes, ruimtelijke beperkingen, omwonenden, …) en met de andere toekomstige gebruikers; de technische, financiële en administratieve haalbaarheid; de kwaliteit van het team.

De ruimtes worden casco verhuurd, maar zijn voorzien van het nodige comfort om te werken (verwarming en sanitair). De projectleiders dienen zich te houden aan bepaalde regels. Zo moeten zij een tijdelijke gebruiksovereenkomst ondertekenen, huur en hun aandeel in de lasten betalen, de site op de voorziene einddatum vrijmaken, zelf de nodige investeringen in hun project en de kosten die daarmee gepaard gaan financieren, de geldende reglementeringen naleven en alle nodige vergunningen verkrijgen, verzekerd zijn, enzovoort.

De Brusselse regering spreekt zich uit over het 5G dossier: Waarde van de emissienorm voor niet-ioniserende straling en afbakening van de verdere werkzaamheden

5G

De Brusselse regering spreekt zich uit over het 5G dossier: Waarde van de emissienorm voor niet-ioniserende straling en afbakening van de verdere werkzaamheden

persbericht

23 juli 2021

Na kennis te hebben genomen van het tweede verslag van het 5G-coördinatieplatform en van de aanbevelingen van de 5G-overlegcommissie van het Brussels parlement heeft de Brusselse regering haar principiële goedkeuring gegeven om de huidige stralingsnorm beperkt te verhogen tot 14,5 V/m en daarin ook de radio- en televisie-antennes te verrekenen. Daarnaast heeft ze de krijtlijnen uitgetekend voor de verdere werkzaamheden rond de harmonieuze uitrol van een 5G-netwerk met respect voor de gezondheid van de bewoners en het leefmilieu, waar iedereen wel bij vaart.

De economische ontwikkeling en het internationale statuut van het Brussels Gewest vrijwaren

Dankzij de overeengekomen hervormingen, die een begeleide en beheerste uitrol van 5G mogelijk moeten maken, zullen een heel ecosysteem van toepassingen, nieuwe economische modellen, enz. ontwikkeld kunnen worden.

Bovendien kan Brussel het zich als hoofdstad van Europa niet veroorloven om achterop te blijven, zeker niet nu de EU in een strategie doelstellingen inzake connectiviteit voor een Europese gigabitmaatschappij heeft vastgelegd.

De gezondheid van de Brusselaars beschermen

De bescherming van de gezondheid van de Brusselaars blijft voorop staan. Ook in de toekomst zal Brussel dus nog altijd de strengste stralingsnorm van het land hanteren. Bovendien blijft zij ruimschoots onder de waarde die door de ICNIRP en de WHO wordt aanbevolen. Bovenal gaat het hier om een cumulatieve norm. Dat betekent dat de waarde nergens op het grondgebied mag worden overschreden. Daarnaast is ook beslist om de verschillende stralingsbronnen samen in aanmerking te nemen, want ook de radio- en televisie-antennes zullen mee in de berekening worden vervat.

Het leefmilieu beschermen

Aansluitend op de aanbevelingen van de 5G-overlegcommissie besliste de regering ook om in de wettekst waarmee zij de beperkte verhoging van de norm zal bekrachtigen, bewustmakings- en berekeningsverplichtingen in verband met energieverbruik en afvalbeheer op te nemen om de milieueffecten die met de uitrol van deze nieuwe technologie en het exponentiële gebruik van digitale gegevens gepaard gaan, zoveel mogelijk te beperken.

Bovendien is het Brussels Gewest sinds 1 juli klaar met de aanpassing van zijn wetgeving om de golven van dynamische 5G-antennes te meten en te simuleren. Die antennes kunnen voortaan zowel via milieuvergunningen als via veldmetingen worden gecontroleerd en gesimuleerd. Zo blijft het Brussels Gewest nationaal en internationaal aan de spits van de knowhow inzake golfbewaking op zijn grondgebied.

De stedenbouw beschermen

De nieuwe Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening en het gewijzigde besluit over de vrijstellingen van een vergunning, dat momenteel ter goedkeuring voorligt, zullen specifieke bepalingen over de infrastructuur voor mobiele telefonie bevatten. Die moeten ervoor zorgen dat een toekomstig 5G-net op een harmonieuze en esthetisch discrete wijze kan worden uitgerold.

Na kennis te hebben genomen van het tweede verslag van het 5G-coördinatieplatform besliste de regering eveneens om voor eind 2021 een standpunt in te nemen over een geharmoniseerd fiscaal model voor de belasting op antennes, dat de instemming van alle betrokken partijen moet krijgen, met name de gemeenten en de operatoren. Dat fiscale model moet ook een milieucomponent omvatten. Dat voornemen bestond al toen de denkoefening over dit thema van start ging en is door de aanbevelingen van de 5G-overlegcommissie alleen maar versterkt.

Met deze principiële beslissing komt een einde aan het lange gedraal in een dossier dat niet alleen van strategisch belang is voor de economische en technische toekomst, maar ook voor het internationale imago van het Brussels Gewest. Daarbij geven we geen duimbreed toe op de noodzakelijke bescherming van onze burgers en die van het leefmilieu. We volgen overigens volledig de aanbevelingen van de eerste overlegcommissie over 5G, die grote vernieuwing bracht op het vlak van participatie. We zitten uiteraard nog maar aan het begin van het wetgevende proces dat op gang zal komen, maar het pad is duidelijk uitgetekend. Het is de bedoeling om in de laatste vier maanden van 2022 te landen,” aldus de minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Rudi VERVOORT.

“Ik heb altijd volgehouden dat 5G een sereen debat met de bevolking vereist. Het verheugt mij dat dit debat heeft kunnen plaatsvinden in de overlegcommissie waaraan zowel burgers als politici hebben deelgenomen. Uit de aanbevelingen van die commissie blijkt duidelijk dat er een wil is om van 5G gebruik te kunnen maken met behoud van een beschermende norm en met omkadering van de milieueffecten op het gebied van energie en afval. De Brusselse regering heeft zich ertoe verbonden die aanbevelingen op te volgen. Daarom zal ik in september bij de regering een wetgevende tekst indienen die de aanbevelingen concreet moet maken. Ik heb het regelgevend kader voor de controle op de straling inmiddels aangepast en Leefmilieu Brussel zal beschikken over de nodige instrumenten om erop toe te zien dat de stralingsnormen, met inbegrip van 5G, strikt worden nageleefd,” aldus Brussels minister van Leefmilieu Alain MARON.

Minister van Financiën en Begroting Sven Gatz: “Volgens de laatste studie die uitgevoerd werd in opdracht van het BIPT zal de komst van 5G een positieve economische impact hebben op ons land van 4 tot 6 miljard euro tegen 2030. Voor de Europese commissie is de ontwikkeling van 5G één van de speerpunten voor haar economische beleid voor de komende jaren. Brussel heeft nu al een zeer dicht netwerk van grotere, middelgrote en kleinere bedrijven, maar ook van universiteiten, hogescholen en (internationale) overheidsinstellingen. Die zullen allemaal kunnen profiteren van en inspelen op wat 5G allemaal te bieden heeft. Op die manier kunnen we Brussel blijvend op de kaart zetten als belangrijkste tewerkstellingsbassin van ons land en als innovatieve, internationale hoofdstad.”

Brussels minister van Digitalisering en Openbare Besturen Bernard Clerfayt“Het belang van 5G ligt enerzijds in de technologische revolutie die het teweegbrengt om van Brussel een smart city te maken, en anderzijds in de socio-economische impact ervan. 5G zal immers een beter mobiliteitsbeheer mogelijk maken dankzij intelligente verkeerslichten of autonome wagens; de gezondheidssector ontwikkelen door operaties op afstand mogelijk te maken; de veiligheid verhogen dankzij camera’s die met elkaar in verbinding staan; etc. De ontwikkeling van 5G heeft eveneens grote economische en sociale voordelen. Naar schatting zullen in België namelijk op korte termijn 36.300 jobs gecreëerd kunnen worden. 5G blijft dus een fundamentele, strategische kwestie voor de technologische en economische ontwikkeling van een internationale hoofdstad als Brussel.”

Brussels staatssecretaris van Stedenbouw Pascal Smetzegt: “Om onze internationale ambitie als technologische hotspot kracht bij te zetten moest dat duidelijke 5G kader er absoluut komen. Dit is dus uitstekend nieuws om ons internationaal nog meer te positioneren rond digitalisering, technologie, innovatie en als smart city. Daarnaast zal ik de implementatie ervan op stedenbouwkundig vlak in goede banen leiden,” Pascal Smet, Brussels Staatssecretaris bevoegd voor Buitenlandse Handel en Stedenbouw.”

Herstel van de toeristische, culturele en evenementensector: de Brusselse regering trekt meer dan een half miljoen euro uit om zes zomerprojecten te ondersteunen

bruxelles b

Herstel van de toeristische, culturele en evenementensector: de Brusselse regering trekt meer dan een half miljoen euro uit om zes zomerprojecten te ondersteunen

persbericht

23 juli 2021

Op voorstel van minister-president Rudi Vervoort, die bevoegd is voor het imago van Brussel, besliste de Brusselse regering om steun uit te trekken voor zes culturele en recreatieve projecten die de hele Brusselse zomer zullen kleuren. Deze ondersteuning van meer dan een half miljoen euro komt bovenop de andere herstelgerichte initiatieven die de toeristische, culturele en evenementensector er na zeer moeilijke maanden weer bovenop moeten helpen.

De toeristische sector heeft al zestien maanden lang zwaar te lijden onder de wereldwijde gezondheidscrisis. De steden zagen hun toerisme daarbij nog sterker teruglopen dan de plattelands- en kustgebieden. Zo bijvoorbeeld registreerde het Brussels Gewest in 2020 1,87 miljoen hotelovernachtingen, terwijl dat er in 2019 nog 7,8 miljoen waren. Ook de cultuur- en evenementensector werd zwaar getroffen doordat zij herhaaldelijk de deuren moest sluiten, er beperkingen golden qua aantal toegelaten toeschouwers en de nodige hygiënemaatregelen moesten worden toegepast.

Vandaag stellen we vast dat deze verschillende sectoren in Brussel ondanks de toename van de coronabesmettingen door de deltavariant aan een heropleving bezig zijn. Dat blijkt duidelijk uit de reservatiegraad voor juli en augustus die tussen de 25 en de 30% bedraagt, maar ook uit de vele evenementen die deze zomer gepland zijn.

Die heropleving wordt breed ondersteund door het herstelplan voor het toerisme dat visit.brussels samen met de spelers van de sector heeft uitgewerkt. Dat plan omvat onder meer een grote campagne om Brussel bekend te maken en te promoten als bestemming, de verdeling van vouchers ter waarde van 40 euro voornamelijk in de grensstreken van onze buurlanden, de uitbouw van een bike hub, de lancering van een projectoproep voor een duurzaam en inclusief toerisme, enzovoort.

Ook de Brusselse regering draagt ruimschoots haar steentje bij tot het herstel. Zij stelt alles in het werk om Brussel op meerdere vlakken, en dan meer bepaald op het vlak van evenementen en infrastructuur, aantrekkelijk te maken.

Daarom besliste de regering om deze zomer met een bedrag van 580.000 euro zes projecten in de open lucht te ondersteunen:

  • het project PhotoCity: de grootste fototentoonstelling in open lucht in Europa;
  • de dagelijkse ontspanningsactiviteiten van het SeeU-project in de Fritz Toussaintkazerne;
  • de zomeractiviteiten van Park Poetik;
  • de openluchtconcerten onder de noemer Arena 5 aan Heizelpaleis 5;
  • de “OpenAir” clubconcerten die op elke vrijdag en zaterdag van de maanden augustus en september aan het Rijksadministratief Centrum zullen plaatsvinden;
  • en tot slot de “zomerversie” van het Listen festival! met elke zondag in augustus en september concerten op verschillende openbare locaties in de hoofdstad.

Wij willen de Brusselaars, maar ook onze bezoekers een ruim palet van ontspanningsactiviteiten aanbieden, zodat zij zich een hele zomer lang kunnen vermaken. Ik denk onder meer aan “Vakantie in Brussel”, dat inzet op activiteiten in de openbare ruimte of in een groene omgeving en aan “Staycation”, waarmee allerlei culturele activiteiten en evenementen worden gefinancierd. Met de Brusselse regering hebben we ook beslist om tal van projecten te financieren, zoals het openluchtzwembad Pool is Cool in de Biestebroekwijk, de filmvoorstellingen in open lucht op onze gemeentepleinen, maar ook concerten en zomeractiviteiten. Die projecten vormen een aanvulling op het al uitgebreide aanbod van culturele activiteiten en evenementen in de infrastructuur en de groene ruimten die ons gewest rijk is. Op die manier willen we het herstel van de sectoren die in crisis verkeren, ondersteunen en Brussel aantrekkelijker maken,” aldus minister-president Rudi Vervoort.

Minister Sven Gatz, bevoegd voor het imago van Brussel: “Met de ondersteuning voor deze zes projecten blijft de Brusselse regering inzetten op een relance voor de culturele sector, die nu al een ruim jaar zwaar te lijden heeft van de Covid-crisis. Op deze manier ondersteunen we ook de Brusselse economie, want de stilaan heroplevende culturele sector stimuleert immers ook de horeca en het toerisme.”

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft een advies uitgebracht over het herinrichtingsproject van de Noordelijke Ring

Ring bxl nord

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft een advies uitgebracht over het herinrichtingsproject van de Noordelijke Ring

persbericht

22 juli 2021

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft een advies uitgebracht over de tweede versie van de scopingnota over de herinrichting van de Noordelijke Ring.

Brussel herinnert eraan dat ze zich in principe niet verzet tegen het herinrichtingsproject van de Noordelijke Ring maar dat ze een echte co-constructie wil zien en een ambitieuzere visie wat betreft alternatieven met minder verkeer, meer in lijn met de gemeenschappelijke doelen van de twee gewesten op vlak van klimaat, verbetering van de luchtkwaliteit en de leefbaarheid en de verkeersveiligheid.

 

Op 24 mei 2021 heeft de Vlaamse Regering verzocht aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een advies uit te brengen over de tweede versie van de scopingnota betreffende de herinrichting van de Noordelijke Ring. Deze vraag maakt deel uit van een ‘geïntegreerd planningsproces’ dat officieel werd aangevat door de Vlaamse Regering in 2018 met als doelstelling het definiëren van een gewestelijk uitvoeringsplan voor de ruimtelijke herinrichting van het noordelijke deel van de Ring rond Brussel.

Dit herinrichtingsproject van de Noordelijke Ring maakt deel uit van een globaler programma van Werken aan de Ring. De Brusselse Regering verwelkomt en steunt de bijkomende maatregelen zoals de ontwikkeling van het openbaar vervoer en de fietsinfrastructuur, aangezien de multimodale toegankelijkheid tot de stad van essentieel belang is voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

In haar advies herinnert de Brusselse Regering eraan dat ze zich in principe niet verzet tegen het herinrichtingsproject van de Noordelijke Ring als dusdanig, en wil ze opnieuw haar bereidheid benadrukken om er op constructieve wijze aan bij te dragen. De Ring is cruciale infrastructuur voor Brussel. Elk project dat op structurele wijze aan de vorm ervan raakt moet noodzakelijkerwijze in co-constructie gebeuren met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De Regering betreurt daarom dat het Brussels Gewest niet nog meer betrokken is geweest als speler op hetzelfde niveau als het Vlaams Gewest in het herinrichtingsproject van de Noordelijke Ring.

Bovendien maakt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zich zorgen over de samenhang tussen bepaalde doelstellingen die gedeeld worden door beide Gewesten (klimaat, leefbaarheid en verkeersveiligheid) en de verschillende scenario’s voor de Ring die nog worden overwogen door het Vlaams Gewest (afwezigheid van varianten zonder capaciteitsverhoging van de weginfrastructuur, behoud van projecten met maximale wegbreedte, etc…). Alle alternatieven die nog op tafel liggen lijken ongunstig te zijn op vlak van klimaat en luchtkwaliteit. Ook andere vormen van milieu-impact zoals geluidshinder worden er bijna niet in geanalyseerd.

Het advies benadrukt de vrees en de vragen van het Brussels Gewest wat betreft het uitgevaardigde kader om de alternatieven te analyseren: het bijkomstige karakter van het scenario waarin rekening wordt gehouden met de doelstellingen inzake modale verschuiving die de twee gewesten hebben bepaald, het bijna helemaal niet meenemen van de effecten veroorzaakt door het verkeer in de berekeningen, het ontbreken van modellering die verder gaat dan 2030 en het ontbreken van een scenario waarbij in de verkeersontwikkeling rekening werd gehouden met een kilometerheffing over het hele grootstedelijk gebied.

Tot slot benadrukt het advies ook het belang van het opstarten van specifieke gezamenlijke studies voor wat betreft de toegangswegen tot de Ring en op basis hiervan overleg te plegen met alle betrokken partijen.

De Brusselse regering heeft het richtplan van aanleg «Delta Herrmann-Debroux» in tweede lezing goedgekeurd

PAD Herrmann Debroux

De Brusselse regering heeft het richtplan van aanleg «Delta Herrmann-Debroux» in tweede lezing goedgekeurd

persbericht

22 juli 2021

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering heeft op voorstel van minister-president Rudi VERVOORT in tweede lezing haar goedkeuring gehecht aan het richtplan van aanleg “Delta Herrmann-Debroux”, waarin op basis van het openbaar onderzoek en de adviezen van de bevoegde instanties en de betrokken gemeenten een reeks wijzigingen werden aangebracht. De minister-president moet het nu ter advies voorleggen aan de afdeling wetgeving van de Raad van State.

Het ontwerp van RPA sluit aan bij de krachtlijnen van het Gewestelijk Plan voor Duurzame Ontwikkeling en geeft de grote principes aan voor de inrichting of herinrichting van het gebied waarop het betrekking heeft.

De site waarover het ontwerp van richtplan van aanleg (RPA) Herrmann-Debroux handelt, vormt vandaag een uitgestrekt grootstedelijk geheel van 43,5 ha groot. Dit gebied, dat gestructureerd is rond de tweede grootste invalsweg van het gewest, vervult een zeer belangrijke rol om Brussel een nieuw gezicht te geven. De perimeter van het ontwerp van RPA strekt zich uit over de gemeenten Oudergem en Watermaal-Bosvoorde en omvat heel de grootstedelijke weg E411 en zijn drie viaducten, maar ook de boulevards en lanen die langs en in het verlengde van de snelweg lopen. Binnen dit geheel van naast elkaar liggende stadsweefsels is het de ambitie van het ontwerp van RPA om de beide kanten van de E411 opnieuw met elkaar te verbinden rondom een eigentijdse stadsboulevard. 

Met dit RPA geeft de Brusselse regering uiting aan haar ambitie om het Herrmann-Debrouxviaduct als overblijfsel van de stedenbouw uit de jaren ‘70 af te breken en vorm te geven aan een stadstoegang die naam waardig. We begonnen onze inspanningen op dat vlak met de E40 en het Reyersviaduct. We trekken die lijn door om de bewoners rustigere wijken te bieden, nieuwe woningen te bouwen, meer groene ruimten in te richten en tot slot het pad te effenen voor de mobiliteit van morgen,” aldus minister-president Rudi Vervoort.  

Krachtlijnen van het ontwerp van RPA Herrmann-Debroux

  • De rol van de weginfrastructuur in de stad van morgen herzien;
  • Een vlotte doorgang tussen de wijken bewerkstelligen;
  • De grootstedelijke identiteit kracht bijzetten door de contrasten van het landschap te valoriseren;
  • Plaatsen met meer stedelijkheid creëren om beter samen te leven;
  • Veranderingen voorzien en op een geleidelijke en evolutieve manier begeleiden.

Het is dus de bedoeling om het stadsweefsel te herstructureren met grote ambities op het vlak van mobiliteit en openbare ruimten en de beschikbare grond daarbij optimaal te gebruiken. De volgende sites moeten worden aangepakt:

    • De Triomfsite: wordt momenteel ingenomen door kantoorgebouwen. De bedoeling is om er een gemengd gebouwencomplex te ontwikkelen. Het is de ambitie om de verbinding tussen de Triomflaan en de Jules Cockxstraat te accentueren door een landschappelijk herkenningspunt te integreren.
    • De Deltasite: wordt momenteel ingenomen door een P+R en de stelplaats van de MIVB. Er zal een nieuwe gemengde wijk (woningen, activiteiten, voorzieningen) worden ontwikkeld op de plaats waar nu een grote openluchtparking is.
    • De Deltadriehoek: de ambitie voor dit gebied, dat momenteel onbebouwd is, bestaat erin haar te integreren in de stedelijke dynamiek door openbare ruimten aan te leggen en de ontwikkeling van een gemengde wijk (woningen, voorzieningen en groene ruimten) te stimuleren.
    • Beaulieu: deze site is bedoeld als overgangsgebied tussen een zeer stedelijk deel (Delta en Jules Cockxstraat) en een meer landschappelijk deel (Watermaalbeekvallei). Vandaag de dag is er een barrière van monofunctionele kantoorgebouwen. De doelstelling is om op deze locatie een betere stedelijke integratie tot stand te brengen.
    • Demey: dit terrein wordt momenteel ingenomen door een commerciële zone en de bijbehorende openluchtparkeerplaatsen. Het RPA beoogt de herstructurering van de locatie door een nieuwe gemengde wijk te ontwikkelen (woningen, winkels, voorzieningen) die gericht is op actieve vervoermiddelen en het openbaar vervoer. Daarnaast wordt de aanleg van een openbare groene ruimte gepland.
    • Adeps: de ambitie in dit gebied is om de bestaande weginfrastructuur te renoveren. De infrastructuur moet in het landschap worden geïntegreerd om een landschappelijke continuïteit te creëren. De ontwikkeling ervan omvat veel plaats voor de actieve vervoermiddelen en eigen ruimte voor het openbaar vervoer.

De regering keurde het ontwerp van RPA reeds op 16 mei 2019 in eerste lezing goed en onderwierp het van 10 oktober tot 9 december 2019 aan een openbaar onderzoek. Op basis van die adviezen werden er aanpassingen in aangebracht en nu wordt het ter advies  voorgelegd aan de Raad van State.

Brusselse regering maakt 66 miljoen euro vrij voor nieuwe economische steunmechanismen voor sectoren die nog altijd zwaar getroffen worden door de crisis

culture corona

Brusselse regering maakt 66 miljoen euro vrij voor nieuwe economische steunmechanismen voor sectoren die nog altijd zwaar getroffen worden door de crisis

persbericht

19 juli 2021

Op voorstel van Rudi Vervoort, minister-president, Sven Gatz, minister van Financiën en Begroting, en Barbara Trachte, staatssecretaris voor Economische Transitie, heeft de Brusselse regering overeenstemming bereikt over een nieuw economisch steunpakket voor de evenementen-, cultuur-, toerisme- en sportsector, de discotheken, de horeca en hun belangrijkste toeleveranciers. Het budget voor deze nieuwe steunmaatregelen voor deze nog altijd zwaar getroffen sectoren wordt geraamd op 66 miljoen euro.

Veel sectoren hebben hun activiteit effectief hervat, zij het in een verschillend tempo in functie van het door het Overlegcomité vastgestelde tijdschema voor de afbouw van de inperkingsmaatregelen. Deze sectoren hebben evenwel allemaal de bijzonderheid dat zij economische activiteiten ontwikkelen waarbij een publiek, groepen individuen, soms in grote aantallen, betrokken zijn en dat hun omzet afhangt van deze bezoekersaantallen. Ze zijn dan ook bijzonder afhankelijk van de maatregelen ter bestrijding van het coronavirus, de capaciteitsbeperkingen, de opgelegde openingsuren en de voorraden van hun leveranciers, maar ook van het gedrag van de consumenten en van de weersomstandigheden.

Het herstel is dus ingewikkeld en op lange termijn nog grotendeels onvoorspelbaar; de cashflow is laag; de bestelplanning raakt maar langzaam bevestigd.

Daarom wil de regering vandaag opnieuw steun verlenen aan degenen die Brussel doen leven en stralen door hun uitbating van en werk in restaurants, cafés, hotels, bioscopen, sport- en concertzalen, enz.

Hiertoe zal de regering concreet verschillende steunmechanismen invoeren om de cashflowproblemen te verlichten en de duurzaamheid van een nog broos economisch herstel te verzekeren:

  • Steunpremie voor de evenementensector

Dit steunmechanisme voor de evenementen- en cultuursector, alsook voor de sector van het toerisme, de sport en discotheken, heeft tot doel de steun voort te zetten die in het kader van de Tetra-premie is opgestart. Deze premie zal worden berekend op basis van het aantal VTE’s en, vooral, van het omzetverlies.

  • Thesaurielening voor de evenementen- en cultuursector

Sinds het begin van de crisis heeft het Brussels Gewest leningen opgezet met bijzonder aantrekkelijke voorwaarden voor Brusselse ondernemingen. De Brusselse economische sectoren hebben veel gebruik gemaakt van de Recover- en Oxygen-lening en de gedelegeerde opdracht. De evenementen- en cultuursector werkt volgens zeer specifieke logica’s. Het Gewest zal voor hen een nieuwe lening financieren en organiseren.

  •  Herstelpremie voor de zwaarst getroffen restaurants en cafés (en hun leveranciers)

Dit steunmechanisme is bedoeld om het herstel te ondersteunen van de zwaarst getroffen restaurants en cafés (en hun leveranciers), namelijk degenen die nog steeds te kampen hebben met ernstige cashflowproblemen en een nog steeds te laag activiteitsniveau. De premie zal worden berekend op basis van het aantal VTE’s en het omzetverlies.

  • Premie voor de toeristische-logiessector

De situatie van de toeristische-logiessector in het Brusselse gewest blijft catastrofaal vanwege de afwezigheid van toeristen. Brussel is het gewest dat het meest door dit fenomeen wordt getroffen. Gezien het belang voor de werkgelegenheid en de economie is beslist nieuwe specifieke steun aan deze sector toe te kennen.

De details van al deze maatregelen zullen begin september worden meegedeeld.

Rudi Vervoort, minister-president: “Ondanks het herstel van de verschillende sectoren blijft de situatie kritiek. De bijna totale afwezigheid van toeristen in Brussel heeft een ongekende impact gehad op de verschillende sectoren die met het toerisme te maken hebben. Deze sectoren vormen een belangrijke pijler van het toeristische ecosysteem en blijven van essentieel belang voor de Brusselse economie en werkgelegenheid, maar ook voor de aantrekkelijkheid van het Gewest. Het is dan ook niet meer dan logisch dat de Brusselse regering hen blijft steunen. Naast deze nieuwe economische hulp zal de regering alles in het werk blijven stellen om samen met de betrokken partners het toerisme weer op gang te brengen.”

Sven Gatz, minister van Financiën en Begroting: “Het is duidelijk dat we nog voor een moeilijk najaar staan. We evolueren naar een ‘nieuw normaal’. We willen het typische stadsleven terug op gang trekken. Maar we moeten dat ook zien te verzoenen met het virus dat nog steeds niet helemaal verdwenen zal zijn. Met deze maatregelen willen we steun geven aan de horeca, maar vooral ook aan de evenementen- en culturele sector. Die sectoren die van Brussel de stad maken die ze is en die ook als vliegwiel kunnen dienen om de hele Brusselse economische motor weer te doen draaien.”

Barbara Trachte, staatssecretaris voor Economische Transitie: “Met dit nieuwe pakket steunmaatregelen zet de Brusselse regering haar steun voort aan sectoren die nog niet op volle capaciteit kunnen hervatten en waarvoor de komende maanden nog veel onzekerheid bestaat, zoals het geval is voor veel ondernemingen die actief zijn in de evenementen- en cultuursector, maar ook voor de zwaarst getroffen horeca.”

De Brusselse regering biedt op meerdere niveaus hulp voor de slachtoffers en de getroffen regio’s

inondations

Overstromingen in Wallonië en Vlaanderen : de Brusselse regering biedt op meerdere niveaus hulp voor de slachtoffers en de getroffen regio's

persbericht

16 juli 2021

Gezien de ramptoestand die het gevolg is van de overstromingen van de voorbije dagen in Wallonië en Vlaanderen heeft de Brusselse Regering beslist alles in het werk te stellen om de getroffen gebieden en slachtoffers bij te staan. Daartoe heeft het Brussels Gewest aan de federale overheid, die de crisis coördineert, op meerdere vlakken hulp aangeboden, met onder meer het verschaffen van onderdak, ondersteuning op het vlak van mobiliteit, hulpverlening en materieel.

Concreet:

  • Met de steun van de Brussels Hotel Association zijn sinds donderdagavond ruim 1000 hotelkamers beschikbaar om mensen onderdak te bieden indien dat nodig is. Er zijn middelen vrijgemaakt op de begroting om deze opvang mogelijk te maken;
  • De MIVB stelt zwaar materieel ter beschikking met een zware mobiele kraan, maar ook vrachtwagens met een hijskraan en een aanhangwagen. De MIVB heeft ook een tiental bussen aangeboden om mensen uit de getroffen gebieden te vervoeren naar Brussel.
  • De Brusselse brandweer heeft personeel en materieel naar de provincies Luik, Luxemburg en Vlaams-Brabant gestuurd: 7 brandweerlieden met voertuigen en pompapparatuur werden naar de reddingszone Vlaams-Brabant-Oost gestuurd en 16 brandweerlieden en voertuigen (waaronder 2 autopompen) werden naar de reddingszone Luik gestuurd;
  • Vivaqua staat in contact met zijn Waalse tegenhangers en houdt zich klaar om versterking te sturen en onder meer waterbidons te verdelen.
  • Brussel Preventie & Veiligheid stelt drones ter beschikking voor zoekopdrachten of om de schade op te meten;
  • De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie stelt voor om haar vaccinatiecentrum van het Militair Ziekenhuis Koningin Astrid dit weekend te openen zodat mensen die als gevolg van de overstromingen hun vaccin zijn misgelopen zich toch kunnen laten inenten. Iedereen die dat wenst kan een afspraak maken bij het contactcentrum op nr. 02/214.19.19. Het vaccinatiecentrum is open op zaterdag 17/07 van 9 tot 17 uur en dient dan enkel het Pfizer-vaccin toe. Op zondag 18/07, van 9 tot 17u is dat Astra Zeneca (enkel de tweede dosis);
  • Leefmilieu Brussel stelt houthakkers, boswachters, bosarbeiders en natuur- en landschapsteams ter beschikking (specialisten in het onderhoud van waterlopen en oevers);
  • Het Brussels Agentschap voor Netheid stelt schoonmaakmaterieel ter beschikking (waarbij containers voor grof vuil);
  • De Regering heeft beslist om personeelsleden die slachtoffer zijn van het noodweer een dienstvrijstelling wegens overmacht toe te kennen;
  • En ten slotte coördineert Brussel Preventie & Veiligheid naar het federaal niveau toe de steun van de negentien Brusselse gemeenten.Deze laatsteN hebben zich snel gemobiliseerd en hebben, naast talrijke oproepen om giften, ook aangeboden om personeel en materieel te sturen (chauffeurs, veegmachines, generatoren, vrachtwagens, enz.)

Alle leden van de Brusselse Regering betuigen hun steun voor de getroffen mensen en zijn in gedachten bij de slachtoffers en hun gezinnen. De Brusselse Regering spreekt ook haar waardering uit voor de enorme golf van solidariteit en de inzet van burgers doorheen het land en in het Brussels Gewest. Zij houdt zich ter beschikking van het Federaal Crisiscentrum, maar ook van de getroffen regio’s zelf om hulp te bieden waar dat nodig is.

De Brusselse regering keurt haar eerste gewestelijke plan voor de ondersteuning van eenoudergezinnen goed

parent solo NL

De Brusselse regering keurt haar eerste gewestelijke plan voor de ondersteuning van eenoudergezinnen goed

persbericht

16 juli 2021

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest telt bijna 65.000 eenoudergezinnen op zijn grondgebied. Het gezinshoofd is in de meeste gevallen (86%) een vrouw. Het gaat hier dus om een sterk gendergebonden problematiek. In deze gezinnen moet één enkel inkomen voorzien in alle behoeften van het gezin, wat het risico op armoede verhoogt en leidt tot beperkingen op tal van gebieden: toegang tot huisvesting, werkgelegenheid en opleiding, gezondheidszorg, evenwichtige voeding, kinderopvang, mobiliteit, sport, cultuur, vrijetijdsbesteding, enz.

De ongekende gezondheidscrisis die we op dit moment doormaken, heeft ook hier zijn sporen nagelaten en heeft ervoor gezorgd dat er een nog dringendere behoefte is aan maatregelen ten behoeve van eenoudergezinnen. De Brusselse Raad voor gelijkheid tussen vrouwen en mannen heeft in zijn verslag van april 2021 over de impact van Covid-19 op de ongelijkheid tussen vrouwen en mannen immers geconcludeerd dat alle moeilijkheden die eenoudergezinnen in normale tijden ondervinden (deeltijdwerk, beperkt inkomen, huisvestingsproblemen, niet-betaling van onderhoudsgeld, …) tijdens deze crisis zijn verergerd. Daarbij komt nog eens een aanzienlijke afname van het inkomen en een situatie waarbij men opgesloten zit met alle gezinslasten, soms in een woning die niet is aangepast aan de realiteit van een lockdown in gezinsverband.

Om tegemoet te komen aan deze moeilijkheden heeft de Brusselse regering vandaag haar eerste plan ter ondersteuning van eenoudergezinnen goedgekeurd. Een transversaal plan, aangestuurd door Nawal Ben Hamou, Alain Maron, Bernard Clerfayt, Barbara Trachte en de sociale gesprekspartners van Brupartners, dat 31 concrete maatregelen voorstelt rond 5 gewestelijke actiepijlers: informeren, opleiden en sensibiliseren; de toegang tot een kwaliteitsvolle woning; tewerkstelling en beroepsopleiding; stadsbeleid en mobiliteit.

Het Brussels Gewest is in dit opzicht ook een pionier, aangezien de Brusselse regering als eerste in haar algemene beleidsverklaring heeft voorzien om een specifiek actieplan voor eenoudergezinnen – en in het bijzonder voor alleenstaande vrouwen met kinderen – op te stellen, teneinde gebruik te maken van alle gewestelijke hefbomen om deze gezinnen te ondersteunen.

Dit plan is ook opgesteld in nauwe samenwerking met de verenigingssector, zodat de denkoefening zou worden gevoed door de waarnemingen, ervaringen en deskundigheid van deze actoren die dagelijks met eenoudergezinnen werken.

Dit plan sluit bovendien volledig aan bij een globale, transversale en coherente aanpak, aangezien het zorgt voor de verwezenlijking van een van de beleidswerven van de GO4Brussels 2030-strategie, die voorziet in « Het ondersteunen van initiatieven die erop gericht zijn het beroeps- en privéleven te verzoenen » en die gezamenlijk wordt aangestuurd door de minister van Werk, de staatssecretaris voor Gelijke Kansen en de sociale gesprekspartners van Brupartners. De werkzaamheden in verband met de opstelling van het plan sluiten ook aan bij de voorbereiding van het Brussels Takes Care-Plan (geïntegreerd welzijns- en gezondheidsplan), waarin ook specifieke aandacht zal worden besteed aan alleenouderschap.

Dit eerste plan bestrijkt de periode 2021-2025. Het zal onderworpen worden aan een tussentijdse evaluatie, waarbij elke minister of staatssecretaris aan de sociale gesprekspartners en de verenigingen die aan de opstelling van het plan hebben meegewerkt, verslag zal moeten uitbrengen over de uitvoering van de acties van het plan. Er zal een eindevaluatie worden uitgevoerd door een externe dienstverlener die wordt aangewezen via een overheidsopdracht om ervoor te zorgen dat het evaluatieproces correct en neutraal verloopt.

 

“De sociale gesprekspartners van Brupartners zijn verheugd over het werk dat is verricht in het kader van de opstelling van dit plan, dat een goede samenvatting is van de actievoorstellen die zij in hun initiatiefadvies van 19 november 2020 hebben gedaan. De Brusselse sociale gesprekspartners zullen alle middelen die hen ter beschikking staan aanwenden om de doelstellingen van dit plan te ondersteunen. Ze zullen ook de wens van de regering steunen om de kwestie van de eenoudergezinnen op de agenda van de interministeriële conferentie vrouwenrechten te plaatsen. Er is namelijk een goede samenwerking tussen de verschillende beleidsniveaus nodig om doelstellingen van het plan te verwezenlijken », benadrukt Alexis Gérard, coördinator van de Go4Brussels 2030-strategie bij Brupartners.

Concreet betekent dit, aldus minister-president Rudi Vervoort, “dat we ervoor moeten zorgen dat gezinnen, en dus ook eenoudergezinnen, meer aandacht krijgen bij de vormgeving van de stad, van het uitwerken van strategieën voor de territoriale ontwikkeling tot de uitvoering en de monitoring van projecten en programma’s. Dat vereist specifieke vorming van de stedenbouwkundige instanties, maar bijvoorbeeld ook dat wat wij vandaag doen in de openbare ruimte en parken bijvoorbeeld, een sterkere inslag krijgt van elementen die belangrijk zijn voor ouderschap en gender.”

Voor Elke Van den Brandt, minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid: Het is belangrijk om mobiliteitskwesties en de invulling van de openbare ruimte te bekijken vanuit specifieke doelgroepen, zoals nu ook met de éénoudergezinnen. Niet iedereen heeft dezelfde noden en niet iedereen begeeft zich op dezelfde manier in de openbare ruimte. Daarom maken we de openbare ruimte toegankelijker en veiliger, met oog voor de genderaspecten en de noden van gezinnen. Concreet gaat het over voldoende verlichting, sanitaire voorzieningen, en voldoende speelinfrastructuur. We zorgen we ook voor een toegankelijker openbaar vervoer, met liften in elk metrostation en flexibele perronranden voor kinderwagens en rolstoelen, meer fietsparkings in de buurt van scholen en crèches, en zetten we in op het verbeteren van van de kwaliteit van onze voetpaden.”

Alain Maron, minister van Gezondheid en Sociale Zaken merkt het volgende op: « Het was belangrijk om het specifiek gewestelijk plan ter ondersteuning van eenoudergezinnen te kunnen koppelen aan het Brussels Takes Care-plan. Hierdoor kunnen specifieke acties voor dit publiek deel uitmaken van een meer algemene aanpak. De doelstelling is eenvoudig maar essentieel: de sociale problemen en gezondheidsproblemen waar de Brusselaars mee te kampen hebben, zo goed mogelijk aanpakken. Voor de gezondheid en het welzijn van kinderen en moeders is het ook van essentieel belang dat iedereen toegang heeft tot een gezonde omgeving, tot aangepaste groene ruimten en tot een gezonde en evenwichtige voeding. Er zal actief rekening worden gehouden met de specifieke situatie van eenoudergezinnen, met name bij de ontwikkeling van parken, maar ook bij de dynamiek van de energierenovatie van woningen en bij de ontwikkeling van het “Good Food”-project.”

Voor Bernard Clerfayt, Minister van Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering en van de Plaatselijke Besturen: “Het gezinshoofd van eenoudergezinnen is in het overgrote deel van de gevallen een mama. Voor sommige moeders is het zeer moeilijk om toegang te krijgen tot een baan die hen in staat stelt hun gezin op een waardige manier te onderhouden.

Het is niet altijd makkelijk om een baan of opleiding te combineren met gezinsverplichtingen. Hoewel deze moeilijkheden zijn vastgesteld, missen we nog steeds relevante gegevens om efficiënte maatregelen te kunnen mobiliseren om moeders aan het werk te krijgen en aldus bij te dragen aan hun zelfredzaamheid en de ontwikkeling van hun kinderen.”

“Met concrete maatregelen zoals de invoering van het ‘Kids friendly’-label willen we zoveel mogelijk sport-, culturele en horeca-infrastructuren aanmoedigen om voorzieningen aan te bieden waarbij niet alleen ‘kinderen toegelaten’ zijn, maar waarbij ook ‘kinderen welkom’ zijn, die plaats bieden aan kinderen tijdens de sociale, culturele of sportactiviteiten van hun alleenstaande ouders. De toegang tot een behoorlijke woning tegen een redelijke huurprijs kan ook een probleem vormen voor alleenstaande ouders. Wij willen hen ondersteunen via de toekenning van hogere huisvestingstoelagen of via oplossingen van gegroepeerd wonen of collectieve huisvesting », aldus Nawal Ben Hamou, staatssecretaris voor Huisvesting en Gelijke Kansen.

Voor Barbara Trachte, Minister-presidente van de FGC bevoegd voor Gezondheidspromotie, Gezin en Gelijke Kansen: « Ik ben blij met de goedkeuring van dit transversale plan dat hulp zal bieden aan eenoudergezinnen in het algemeen en aan vrouwen met kinderen in het bijzonder. Zij leven in moeilijke sociaaleconomische situaties en geweldsituaties in het Brussels Gewest. Dit plan biedt een essentieel gecoördineerd antwoord op de noden van deze gezinnen.”

Hier vindt u het Brussels plan ter ondersteuning van eenoudergezinnen

De Brusselse Regering verlengt de opvang van transmigranten

hébergement transmigrants

De Brusselse Regering verlengt de opvang van transmigranten

persbericht

8 juli 2021

Op voorstel van Minister-President Rudi Vervoort heeft de Brusselse Regering beslist om de opvang van 120 transmigranten naar aanleiding van de coronacrisis te verlengen van 1 juli tot en met 30 september 2021.

Het onderbrengen van  mensen in hotels gebeurde in het licht van de gezondheidscrisis. Gezien de openbare gezondheid, maar ook de precaire situatie van deze mensen zonder huisvesting in uitzonderlijke tijden was het niet verantwoord om hen niet van opvang te voorzien. We bevinden ons nog steeds in een situatie van pandemie en daarom is het gerechtvaardigd dat het Gewest deze inspanning aanhoudt

In totaal wordt er vandaag in het Brussels Gewest onderdak geboden aan 447 transmigranten waarvan er 327  terecht kunnen in een speciaal voorziene locatie in Schaarbeek. Sinds de sluiting van het opvangcentrum voor transmigranten ‘La Porte D’Ulysse in Haren kan een groot deel van de transmigranten er sinds een jaar terecht. Voor de overige 120 transmigranten werd de opvang in hotels reeds gegarandeerd sinds maart 2020. Die maatregel wordt nu tot en met 30 september verlengd. In het hotel worden er ook drie maaltijden per dag verzorgt.

Diegenen die niet in het hotel, maar op andere locaties verblijven kunnen ook dagelijks voor voedselhulp terecht.

Voor de verlenging van de opvang in het hotel wordt er door de Brusselse regering een subsidie van 376.380 euro toegekend aan de vzw Burgerplatform voor Steun aan Vluchtelingen (Bxl Refugees). 

Minister-President Rudi Vervoort: “Het is niet meer dan gerechtvaardigd om mensen in een precaire situatie onder menswaardige omstandigheden op te vangen, zeker tijdens een pandemie die blijft aanhouden. Daarnaast wijs ik erop dat nog niet iedereen gevaccineerd is en dat geldt  ook voor de daklozenpopulatie. Om de verdere verspreiding van het virus tegen te gaan, blijft het nodig om deze regeling onder de reeds bestaande voorwaarden te behouden.” 

De Brusselse regering geeft haar goedkeuring om een loket voor tijdelijke gebruiksbestemmingen op te richten

occupations temporaires

De Brusselse regering geeft haar goedkeuring om een loket voor tijdelijke gebruiksbestemmingen op te richten

persbericht

8 juli 2021

Op voorstel van minister-president Rudi Vervoort en staatssecretaris Barbara Trachte heeft de Brusselse regering vandaag groen licht gegeven om een loket voor tijdelijke gebruiksbestemmingen op te richten. Dat loket moet het gemakkelijker maken om plannen voor overgangsbeheer uit te werken en onbenutte sites tijdelijk te gebruiken voor allerlei activiteiten.

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering verbond er zich in haar algemene beleidsverklaring voor de regeerperiode 2019-2024 toe om enkele nieuwe ruimtelijke ordeningsopdrachten uit te voeren. Een daarvan bestaat erin “het (reglementair en praktisch) gemakkelijker te maken om plannen voor overgangsbeheer uit te werken en tijdelijke gebruiksbestemmingen te regelen door een loket “tijdelijke gebruiksbestemmingen” op te richten om vlotter informatie te verstrekken en de verantwoordelijken van tijdelijke gebruiksprojecten op weg te helpen”.

De Brusselse regering heeft nu dus beslist om een nieuwe structuur op te richten, die informatie vlotter toegankelijk moet maken voor projectverantwoordelijken, gaande van eigenaars van een goed tot initiatiefnemers die op zoek zijn naar een plaats om een tijdelijke activiteit te vestigen. Het loket zal zich zowel tot de overheidssector als tot particuliere eigenaars of projectontwikkelaars richten.

Op de website https://tijdelijkgebruik.brussels/ kunnen de Brusselaars vandaag al terecht voor informatie over de praktische aspecten van en de regelgeving omtrent tijdelijk gebruik. Die informatie is weergegeven in de vorm van vragen en antwoorden. Deze website zal in de komende maanden worden aangepast om een nog vollediger digitaal overzicht te kunnen bieden, met alle gegevens en tools die de mensen nodig hebben om hun project tot een goed einde te brengen. Burgers vinden er onder meer standaarddocumenten, een vademecum over de reglementaire procedures en de laatste weetjes over dit onderwerp.

Het loket zal het ook mogelijk maken om een netwerk uit te bouwen waarin vraag en aanbod samenkomen. Ook is er de mogelijkheid om contact op te nemen met een facilitator voor geïndividualiseerde technische begeleiding. Het is de bedoeling om deze operationele eenheid van het loket te laten uitgroeien tot de instantie die tijdelijke gebruiksprojecten in het Brussels Gewest vergemakkelijkt.

In het kader van deze faciliterende rol zal het loket voor tijdelijke gebruiksbestemmingen ook tot taak hebben om in overleg met alle betrokken overheidsactoren en verenigingen onderzoek te verrichten en regelgevende, juridische, technische en andere werkzaamheden uit te voeren.

Ten slotte zal het loket projectoproepen kunnen uitschrijven en gericht optreden om bepaalde tijdelijke overgangsprojecten te stimuleren. De manier waarop dat zal gebeuren, zal later worden bepaald.

Het Brussels Gewest wil op deze manier allerlei vormen van gebruiksprojecten, gaande van culturele en artistieke projecten tot projecten met een sociaal oogmerk of projecten ter bevordering van de economische transitie, mogelijk maken. Tegelijk moet dit loket het echter ook gemakkelijker maken om tijdelijke gebruiksprojecten voor kwetsbare groepen te beheren en te begeleiden.

Het Gewest zet zich via de gewestelijke regie, maar ook via de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting en Citydev al jarenlang in om sites waarvan het eigenaar is, tijdelijk te laten gebruiken. Projecten zoals See You en Studio Citygate zijn inmiddels een begrip geworden. Zij tonen de mogelijkheden die het tijdelijke gebruik van een leegstaande site in afwachting van de definitieve ontwikkeling ervan biedt. Daarnaast maken zij ook duidelijk wat voor een geweldige buurtdynamiek daardoor op gang komt. Met dit één-loketsysteem voor de Brusselaars willen wij dergelijke initiatieven, waar dat aangewezen is, ondersteunen. Tegelijk streven we ernaar om langs die weg de vastgoedleegstand te bestrijden en het potentieel van ongebruikte ruimten maximaal te benutten. We willen het gemakkelijker maken om op die locaties uiteenlopende activiteiten, en dan vooral sociaal geïnspireerde projecten, onder te brengen”, aldus Brussels minister-president Rudi Vervoort.

Staatssecretaris voor Economische Transitie Barbara Trachte: “De lopende projecten van tijdelijke bezettingen zijn uiterst positief. Dankzij dit nieuwe loket willen we de toegang tot deze publieke middelen, deze “commons”, vergemakkelijken en nieuwe actoren aanmoedigen om zeer concrete projecten voor de Brusselaars te ontwikkelen. Op economisch vlak, en met name wat de economische transitie betreft, is het ook een gelegenheid om innoverende ondernemingsprojecten uit te testen, om zo nieuwe producten of nieuwe bedrijfsmodellen in de kijker te zetten. Ik vind het geweldig om te zien dat onverwachte locaties opnieuw worden toegeëigend.”