Lancering van Handicap.brussels! Een uniek loket voor mensen met een handicap

handicap brussels

Lancering van Handicap.brussels! Een uniek loket voor mensen met een handicap

persbericht

2 april 2024

Vandaag is een mijlpaal bereikt met de lancering van de website Handicap.brussels. Het online platform biedt een uitgebreid scala aan informatie voor mensen met een handicap in Brussel, waardoor zij toegang hebben tot essentiële gegevens van alle bevoegde instanties en verenigingen. Bezoekers van de website worden voorzien van informatie over diverse aspecten van het leven en worden geleid naar de juiste kanalen om ondersteuning of tegemoetkomingen aan te vragen. Handicap.brussels dient als de eerste toegangspoort tot alle bestaande voorzieningen in Brussel en is het resultaat van een nauwe samenwerking tussen de dienst Phare van de Franse Gemeenschapscommissie en Iriscare, waarbij voldaan wordt aan strenge normen voor toegankelijkheid voor personen met een handicap. Met het oog op een breder bereik, zal de informatie op termijn ook beschikbaar worden gesteld in gebarentaal en in eenvoudige taal, om zo een nog groter aantal mensen te bereiken.

Waarom een website handicap.brussels?

De oprichting van Handicap.brussels werd geïnspireerd door de dringende behoefte van mensen met een handicap aan een gecentraliseerde informatiebron over beschikbare diensten en ondersteuningen in Brussel. Deze nood werd treffend aangetoond in een uitgebreide studie over de behoeften van personen met een handicap, uitgevoerd in 2022 op verzoek van de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.

Mensen met een handicap in Brussel worden geconfronteerd met een complex landschap van overheidsinstanties en particuliere organisaties, waarbij ze zich tot verschillende entiteiten moeten wenden om een allesomvattend ondersteuningspakket te verkrijgen dat is afgestemd op hun specifieke behoeften (de FOD Sociale Zekerheid, de dienst PHARE, Iriscare, Actiris, de Federatie Wallonië-Brussel, het Brusselse Gewest, de gemeente, verschillende afgeleide instellingen zoals Bruxelles Formation, Brussel Huisvesting, enz.). Zonder nog rekening te houden met de private instellingen die een actieve rol vervullen bij de hulpverlening aan mensen met een handicap: de ziekenfondsen, de honderden verenigingen die door verschillende overheden erkend en gesubsidieerd worden, enz.

 

 

Een gecentraliseerd informatieaanbod via handicap.brussels

Binnen deze context streeft Handicap.brussels ernaar om al deze informatie te centraliseren en de burgers een helder overzicht te bieden van de beschikbare diensten en ondersteuningen voor mensen met een handicap in Brussel.

 

Daarbij is het de bedoeling alle noden die de mensen gedurende hun leven ondervinden te bestrijken en informatie te verstrekken over alle actoren die een antwoord kunnen bieden op deze noden, ongeacht welke instantie er bevoegd is Het zijn dus de noden van de mensen die als uitgangspunt dienen bij de informatie, niet de institutionele realiteit.

Op handicap.brussels vindt u dus informatie en referenties over het aanbod aan steunmaatregelen en diensten die georganiseerd worden

  1. door alle Brusselse overheden, met uitzondering van het aanbod van het Vlaamse Gewest.
  2. door verenigingen of privéstructuren die erkend zijn door de overheden in de vorm van een erkenning, subsidie of enige andere officiële erkenning.

 

Toegankelijke informatie, voor en door mensen met een handicap 

 

Handicap.brussels is ontworpen met het oog op mensen met een handicap en hun naasten. De informatie op de website is zorgvuldig gestructureerd om te voldoen aan de behoeften die zij gedurende hun leven tegenkomen. De site behandelt twaalf belangrijke thema’s (Informatie en erkenning, Financiële tegemoetkomingen, Verplaatsingen, Gezondheid, School en opleiding, Werk, Huisvesting, Zelfredzaamheid, Dagopvang, Vrije tijd, EVRAS, Hulp voor verwanten, Rechten en justitie). Voordat de website werd gelanceerd, onderging deze een uitgebreide toegankelijkheidsaudit, waardoor het het prestigieuze Anysurfer-label heeft ontvangen. Op de lange termijn zal Handicap.brussels ook alternatieve versies aanbieden in gebarentaal voor slechthorenden en in eenvoudige leesbare en begrijpelijke taal (FALC) voor mensen met leesproblemen.

 

Dynamische informatie

Om gelijke tred te houden met nieuwe ontwikkelingen (bijvoorbeeld de regelgeving voor overheidsinstanties of verenigingen in de privésector) zal de inhoud regelmatig geüpdatet worden om ervoor te zorgen dat de informatie zo betrouwbaar en volledig mogelijk is.

 

Rudi Vervoort, die in de Franse Gemeenschapscommissie (COCOF) bevoegd is voor bijstand aan personen met een handicap, is blij met de oprichting van dit unieke loket: Dit nieuwe portaal is een tastbaar bewijs van onze inspanningen om de samenwerking tussen verschillende instanties te versterken. Ons ultieme doel is om een beter georganiseerd en vriendelijker systeem te creëren, zodat we effectiever kunnen reageren op de behoeften van de Brusselaars. In het complexe landschap waarin mensen met een handicap en hun families navigeren, was de komst van Handicap.brussels van onschatbare waarde. Ik ben ervan overtuigd dat het zal fungeren als een betrouwbare steun en tegemoet zal komen aan de behoeften en verwachtingen.”

 

Alain Maron, lid van het Verenigd College van de GGC belast met Gezondheid en Welzijn, benadrukt de meerwaarde van handicap.brussels: “Aangezien de instellingen in ons land bijzonder complex zijn, zeker in Brussel, moest het aanbod voor personen met een handicap en hun familie dringend duidelijker gemaakt worden. En dat ongeacht de subsidiërende overheid. Met handicap.brussels beschikken de Brusselaars eindelijk over één evolutieve toegangspoort tot alle informatie op dat gebied die voor hen nuttig kan zijn. Deze eerste stap ligt duidelijk in de lijn van onze politieke wil om de instellingen te vereenvoudigen voor meer coherentie ten dienste van de hele bevolking.”

 

U kan de website via deze link bezoeken.

Mediapark: het plan voor de toekomstige wijk goedgekeurd door de Brusselse Regering

mediapark23

Mediapark: het plan voor de toekomstige wijk goedgekeurd door de Brusselse Regering

persbericht

25 april 2024

Met de beslissing van de Ministerraad op donderdag 25 april is de ultieme stap gezet in de uitwerking van het plan van aanleg Mediapark. Dit ambitieuze plan voorziet in de herbestemming van de Reyers-site met de televisiezenders RTBF en VRT tot een woonpool gericht op de mediasector. Naast zo’n 20.000 m² aan media-activiteiten zijn er plannen voor zo goed als 1.400 woningen – waarvan een aanzienlijk deel openbare woningen – naast buurtwinkels en gemeenschaps­voorzieningen. Deze ontwikkeling van de nieuwe wijk vlijt zich aan tegen een nieuw toegankelijk park van vrijwel 10 hectare, waarvan een gebied van twee hectare strikt is voorbehouden voor het behoud van de biodiversiteit. Een primeur, zo midden in de stad!

 

De Mediaparksite is gelegen in de gemeente Schaarbeek, vlak bij de gemeenten Sint-Lambrechts-Woluwe en Evere. Het Brussels Gewest kocht het terrein van zo’n 20 hectare over van de voormalige publieke eigenaars VRT en RTBF om het te openen naar de omliggende stadsomgeving toe, zoals bepaald in het Gewestelijk Plan voor Duurzame Ontwikkeling (GPDO). Het feit dat de site nu wordt opengesteld voor het publiek in een gebied waar groene ruimten schaars zijn, biedt ongekende kansen om de Brusselaars en alle buurtbewoners nieuwe openbare en groene ruimten van hoge kwaliteit te verschaffen, naast betaalbare woningen, voorzieningen, buurtwinkels en ruimte voor bedrijven en onderwijsinstellingen uit de mediasector.

 

Met dit stadsproject streeft de Brusselse Regering vier grote doelstellingen na:

De Reyers-site uitbouwen tot een echte mediapool – Het is de bedoeling om de ingesloten site aan de hand van een gemengde stedelijke programmering te laten aansluiten op het omliggende stadsweefsel en daarnaast ook een mediadorp met gewestelijke en nationale uitstraling te creëren dat zowel bedrijven als scholen uit mediasector kan aantrekken.
De site ontsluiten tot woonwijk – Door de site open te stellen, kan er een gevarieerd woningenaanbod worden ontwikkeld met ruimte voor lokale voorzieningen en handel. Om de site beter bereikbaar te maken met het openbaar vervoer, voorziet het plan in de mogelijkheid om een nieuwe tramlijn aan te leggen. Tot slot wordt gekeken naar routes voor de actieve weggebruikers en een brede beschikbaarheid van fietsenstallingen.
Een openbare groene ruimte inrichten – Het plan ontplooit zich rond een brede groene ruimte, toegankelijk voor het publiek. Deze zal bestaan uit een meer mineraal, met bomen beplant gebied aan de westkant, een centraal terrasvormig gedeelte en een bosgebied in het oosten, het Georginbos. Het plan doelt ook op een actief gebruik van de Reyerstoren, de grote blikvanger op de site.
De biodiversiteit inbouwen in stadsprojecten – De wijziging van het RPA Mediapark was de aanleiding voor een nooit eerder geziene inspanning op het vlak van biodiversiteit, samen met Natuurpunt en Leefmilieu Brussel, waarbij stadsontwikkeling gepaard gaat met het behoud van de lokale biodiversiteit en die uitmondde in een reeks begeleidende maatregelen bij de uitvoering van het plan. 
De principes van de circulaire economie in de praktijk brengen – Om de site te kunnen openstellen voor de omliggende wijken en ze te verbinden met groene openbare ruimten van hoge kwaliteit zullen de bestaande gebouwen worden afgebroken. Hiervoor koestert het plan grote ambities op het vlak van circulariteit en hergebruik van materialen. 

Een operationele fase van de site gecoördineerd door de MSI

Op de site zijn al een reeks grootschalige werven in uitvoering, gecoördineerd door de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (MSI) die instaat voor de volledige operationele invulling van het stadsprogramma.  De werken voor het mediahuis FRAME, met de MSI als bouwheer, en de nieuwe hoofdzetel van de RTBF (MediaSquare) zijn bijna klaar. De werken aan het toekomstige VRT-gebouw zijn volop bezig. De oplevering is gepland voor eind 2026.

 

Ook Beliris is betrokken bij de werf. Ze financiert en ontwikkelt het project voor de openbare ruimten, waarvoor binnenkort een vergunningsaanvraag wordt ingediend. In de onmiddellijke omgeving van de Mediapark-site zullen ook de heraanleg van de Reyerslaan en het tramproject tussen Meiser en de UCL-campus bijdragen tot de aankomende transitie van deze stadspoort naar een rustiger stedelijk leven en een beheerste mobiliteit.

 

Minister-President Rudi Vervoort is tevreden: “De Brusselaars en de omwonenden een nieuwe stadswijk aanreiken met alles erop en eraan, die voor iedereen toegankelijk is, die de biodiversiteit in stand houdt en nog versterkt en die de mediasector en de creatieve industrie in Brussel ondersteunt, wordt nu mogelijk en tastbaar dankzij de goede samenwerking tussen de privésector en de overheid. Met nieuwe groene ruimten, betaalbare woningen en openbare voorzieningen gaan we als nooit tevoren bijdragen tot de verwezenlijking van het principe dat de stad een recht is van iedereen.”

 

Nu de goedkeuring van dit project erdoor is, ben ik ontzettend blij dat bijna tien hectare groene ruimte, waaronder volledig beboste delen en perimeters voor bescherming van de biodiversiteit toegankelijk wordt. Het Mediapark-project creëert een nieuwe leefbare, aangename en bereikbare wijk met gemeenschapsvoorzieningen, maar ook met een focus op een aantal kernactiviteiten van de hedendaagse economie“, zegt Antoine de Borman, algemeen directeur van perspective.brussels.

 

Gilles Delforge, directeur van de MSI, is blij met de beslissing: “Dankzij de goedkeuring van het RPA kan de MSI, die instaat is voor de volledige operationele uitvoering van dit stadsproject, dit nu in de praktijk brengen, samen met alle openbare en privépartners. Gecombineerd met de voltooiing van het mediahuis, die gepland staat voor XXX, is dit een volgende stap in de totstandkoming van deze nieuwe ontwikkelingspool die zal leiden tot een nieuwe, kwalitatief hoogwaardige stadswijk, ingepast in het aanwezige stadsweefsel, en die de bestaande economische structuur verder zal versterken, met name via een innovatief ecosysteem dat zich richt op de media en op de creatieve sectoren.”

Drugshandel in Brussel: de Gewestelijke Veiligheidsraad heeft vergaderd over de gewestelijke strategie om de drugshandel en de daarmee gepaard gaande gevolgen voor de veiligheid aan te pakken

bruxelles en vacances

Drugshandel in Brussel: de Gewestelijke Veiligheidsraad heeft vergaderd over de gewestelijke strategie om de drugshandel en de daarmee gepaard gaande gevolgen voor de veiligheid aan te pakken

persbericht

28 maart 2024

Brussels Minister-President Rudi Vervoort heeft vandaag samen met Sophie Lavaux, algemeen directeur van safe.brussels en hoge ambtenaar van de Brusselse agglomeratie, de Gewestelijke Veiligheidsraad* samengeroepen. De leden van de raad hebben vergaderd over de gewestelijke strategie om de drugshandel en de daarmee gepaard gaande gevolgen voor de veiligheid te bestrijden. Op de agenda stonden de volgende punten: de structuur van de gewestelijke coördinatie, de bepaling van de hotspots (prioritair aan te pakken zones) en de goedkeuring van enkele veiligheidsmaatregelen.

Structuur van de gewestelijke coördinatie:

De Gewestelijke Veiligheidsraad zal voortaan in een uitgebreide samenstelling bijeenkomen om de strijd tegen drugshandel en de daardoor veroorzaakte onveiligheid in goede banen te leiden en te coördineren. Die strijd komt er op vraag van iedereen die op het terrein actief is. Het is de bedoeling om te komen tot een gewestelijke aanpak op basis van een gecoördineerde beheersstructuur waarin elke partner een rol vervult.

Er wordt ook een gewestelijke veiligheidscel opgericht, onder leiding van Sophie Lavaux. Die cel krijgt de opdracht erop toe te zien dat de lokale taskforces de gewestelijke strategie naar behoren uitvoeren en naleven. Op die manier moet zij ervoor zorgen dat de gewestelijke aanpak samenhang vertoont en op basis van de drie overeengekomen krachtlijnen, met name veiligheid, preventie en het leven in de wijken, in de praktijk wordt gebracht. Er zal over de acties worden gerapporteerd aan de Gewestelijke Veiligheidsraad. Om de strategie te kunnen uitvoeren, moet er gerekend kunnen worden op de medewerking van alle betrokken partijen (de federale overheid, de gewestelijke overheid en de lokale overheden), die elk onafhankelijk de verantwoordelijkheid blijven dragen voor hun eigen bevoegdheden. De strategie berust in wezen op samenwerking en individueel engagement.

Op initiatief van de betrokken burgemeesters worden lokale taskforces in het leven geroepen. De opdracht van deze taskforces bestaat erin doelgerichte actieplannen uit te werken die steunen op drie pijlers: veiligheid, preventie en het leven in de wijken. Die plannen moeten acties op korte, middellange en lange termijn bevatten.

De bepaling van de hotspots (prioritair aan te pakken zones)

De politiediensten hebben de hotspots bepaald. De burgemeesters hebben ze op hun beurt goedgekeurd. Ze zullen met algemene benamingen worden opgesomd in het politiebesluit van de minister-president.

Het politiebesluit van de minister-president zal melding maken van de volgende 15 hotspots: Antwerpsesteenweg, Matongé, IJzer, Krakeel, Versailles, Hallepoort, Clémenceau, Peterbos, Sint-Antonius, Zuidstation, Noordstation, Zwarte Vijvers, Ribaucourt, Bonnevie en Paal / Kolom.

Deze 15 hotspots zullen nader afgebakend worden in politiebesluiten van de lokale overheden.

Het is de bedoeling om op die locaties acties te ondernemen die steunen op drie pijlers, met name veiligheid, preventie en het leven in de wijk.

Goedkeuring van veiligheidsmaatregelen om het werk van de politiezones te ondersteunen

Er zijn twee soorten veiligheidsmaatregelen: maatregelen voor het hele gewest en maatregelen voor de hotspots.

De maatregelen die gelden voor het volledige gewestelijke grondgebied, hebben betrekking op:

  • vuurwerk
  • lachgas

De veiligheidsmaatregelen voor de hotspots omvatten:

  • een verbod op de verkoop en het gebruik van alcohol;
  • de toelating om stelselmatig identiteitscontroles, eventueel samen met fouilleringen, uit te voeren en de mogelijkheid om gevaarlijke voorwerpen of voorwerpen die druggebruik stimuleren, in beslag te nemen;
  • de bestrijding van “drive-ins”.

*Deze raad, die voorgezeten wordt door de minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, is samengesteld uit de Procureur des Konings van Brussel, de voorzitters van de politiecolleges, de bestuurlijk directeur-coördinator, de gerechtelijke directeur en de korpschefs van de zes lokale politiezones op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De samenstelling ervan wordt uitgebreid met de burgemeesters van alle 19 Brusselse gemeenten en de hoge ambtenaar.

Grotere ambities voor de openbare ruimte in het kanaalgebied

canall

Grotere ambities voor de openbare ruimte in het kanaalgebied

persbericht

27 maart 2024

Op initiatief van Minister-President Rudi Vervoort en Minister van Openbare Werken Elke Van den Brandt heeft de Brusselse Regering de bijwerking van het Beeldkwaliteitsplan (BKP) voor de openbare ruimte van het kanaalgebied goedgekeurd. Voor het Gewest is de verbetering van de openbare ruimte in deze zone een belangrijke doelstelling. perspective.brussels werkte het plan uit in 2019 en nu is het bijgewerkt. In de nieuwe versie wordt onder meer sterk de nadruk gelegd op de interactie met het water en de begroeiing van de kaaien.

Het kanaal van Brussel loopt van noord naar zuid door het hele Gewest en zorgt voor één van de meest open landschappen van heel de stad. Dit wordt gekenmerkt door een opeenvolging van openbare ruimten die doorgaans sterk van elkaar verschillen waardoor het moeilijk is om er een globaal beeld van te krijgen, ook al fungeert het kanaal als doorgaande verkeersader. Vanuit deze invalshoek heeft het Gewest het Beeldkwaliteitsplan uitgewerkt, dat een nieuw, samenhangend beeld tot stand moet brengen aan de hand van kernbegrippen als vergroening en samenleven.

Het BKP bestaat sinds 2019 en is een rechtstreeks voortvloeisel van het Kanaalplan, dat het gebied een betere mix van stedelijke functies moet geven. Het bijgewerkte document doet concrete aanbevelingen voor elk deelgebied. Het betreft de sites Schaarbeek-Vorming, het Beco- en het Vergotebekken, de wijk van de slachthuizen en de industriezones in het noorden en het zuiden van het Gewest. 

Een nooit eerder geziene aanpak waarmee al ruim 100 projecten konden worden opgevolgd

Om openbare en private actoren ertoe aan te zetten zoveel mogelijk ontwikkelingen vanaf het prille begin van een project te volgen, zijn een dienstencentrale en een opvolgingscomité in het leven geroepen. Concreet betekent dit dat initiatiefnemers van projecten een beroep kunnen doen op een consortium van deskundigen voor gerichte bijstand over specifieke onderwerpen. Door deze unieke aanpak is de onderlinge samenhang van nieuwe projecten duidelijk verbeterd en is er minder tijd nodig voor de ontwikkeling en de analyse van de schetsen.

Sinds 2019 zijn al een honderdtal projecten opgevolgd en begeleid door het BKP-team. Om er maar enkele te noemen: de heraanleg van de Vilvoordsesteenweg, de inrichting van oversteekplaatsen voor fietsers en voetgangers aan het Monument voor de Arbeid en het Saincteletteplein, de promenade langs de Biestebroekkaai en verschillende totaalvisies voor de COOVI-site, de Jules Ruhl-wijk, het park van de Kleine Zenne en Van Praet West.

Een evoluerend en geactualiseerd plan

Om de positieve dynamiek te bestendigen die sinds bijna tien jaar in het kanaalgebied is opgebouwd, is het van groot belang dat het plan kan inspelen op de nieuwste ontwikkelingen en op duurzame praktijken. Daarom bevat deze update specifieke passages over de interactie met het water en vergroende oevers. Zo worden er bijvoorbeeld plaatsen aangegeven waar de kaaien verlaagd kunnen worden. Ook wordt er een bredere studie in het plan opgenomen naar de blootlegging van de Zenne (zowel in dichtbevolkte wijken als in industriezones). Naast de louter planologische aspecten gaat het BKP ook in op meer technische kwesties, zoals een analyse van de nachtelijke verlichting langs het hele kanaal.

“Tien jaar na de start van de nieuwe dynamiek via het Kanaalplan willen wij nu deze vernieuwende en bijzonder succesvolle benadering van het BKP doortrekken naar andere ambitievolle en broodnodige projecten voor de Brusselaars. Het plan wil een antwoord formuleren bij de grote sectoroverschrijdende problemen in dit dichte, heterogene gebied door openbare en privé-actoren uit te dagen om tot gemeenschappelijke ambities te komen binnen een coherent landschaps- en territoriaal kader. aldus Rudi Vervoort, Minister-President van het Brussels Gewest.

Dit kanaalplan geeft ons extra motivatie om volop verder in te zetten op ontharding van aanplanting van de hele kanaalzone! Tussen vorig jaar en 2026 komen er 14.000 bomen en struiken bij. We zijn alvast volop bezig dit plantseizoen met quickwins qua vergroening zoals op de Negende Linielaan, de Nijverheidskaai en binnenkort ook de Ninoofsepoort. Verder krijgen verschillende zones in de nabije toekomst een volledige metamorfose met meer ruimte voor groen en actieve modi: de fietspasserellen aan Sainctelette en de Trooz, de heraanleg van het Saincteletteplein, de Vanderveldesquare en de Marchantbrug. We blijven Brussel veranderen!” benadrukt Elke Van den Brandt, Minister van Mobiliteit en Openbare Werken.

“De herwaardering van het kanaalgebied bouwt op tal van projecten. Het Beeldkwaliteitsplan was en is nog steeds de leidraad bij de ontwikkeling van de openbare ruimten in deze zone. Wij zijn ontzettend blij dat we met de bijwerking van het BKP deze tool een langer perspectief kunnen geven en dat het kanaalgebied zijn metamorfose kan voortzetten.” zegt Antoine de Borman, Directeur-Generaal van perspective.brussels

Een primeur! De Brusselse Regering heeft 2 projecten voor gegroepeerde renovatie geselecteerd van vrijwel 100 woningen!

2022-12-07_BANNER_EVENT_NL

Een primeur! De Brusselse Regering heeft 2 projecten voor gegroepeerde renovatie geselecteerd van vrijwel 100 woningen!

persbericht

21 maart 2024

Het is een primeur! Op initiatief van Minister-President Rudi Vervoort heeft de Brusselse Regering twee projecten geselecteerd voor de Brusselse programmering van het EFRO 2021-2027 na de projectoproep voor de energierenovatie van collectieve woningen of de gegroepeerde renovatie van privéwoningen op schaal van een wijk.

Deze 2 voorgeselecteerde projecten voor de renovatie van zowat 100 woningen in Anderlecht en Watermaal-Bosvoorde betekenen een versterking van het beleid dat de Brusselse Regering voert om de energietransitie te versnellen en de klimaatverandering af te remmen. 

Deze specifieke actie binnen het EFRO-programma 2021-2027  stimuleert investeringen om energiebesparingen mogelijk te maken in Brusselse woningen. Voor deze oproep tot het indienen van projecten komen woningen in mede-eigendom (privé/publiek) en bestaande privéwoningen met een renovatieproject op wijkniveau in aanmerking.

Het Brussels Gewest en het EFRO 2021-2027 nemen 100% van de studiekosten en tussen 50% en 90% van de subsidieerbare werkingskosten voor hun rekening (energierenovatie van gebouwen en investeringen in verband met duurzaamheid).

De twee laureaten van de eerste projectoproep, die op 15 september werd afgesloten, komen in aanmerking voor een totale steun van 4,75 miljoen euro.

 

 

Naam van het project

Kandidaat

Aantal woningen

1

Energieverbeteringen privéwoningen wijk Logis-Floréal

Duurzame Logis Floreal

36

2

Renov Roue-Rad EFRO

Collectif de La Roue – Collectief van ‘t Rad

62

 

 

Het Brussels Gewest zorgt voor een primeur binnen de Europese investeringsprogramma’s van het EFRO door rechtstreeks te werken met privéwoningen, hetzij in mede-eigendommen, hetzij op schaal van een hele wijk.

Reële stimulansen geven voor energierenovatie per wijk wordt één van de grootste uitdagingen van de nabije toekomst. Hiervoor moeten nieuwe methodes en benaderingen ontwikkeld en uitgetest worden.

Er is weliswaar al een eerste stap gezet met de invoering van Renolution maar er zijn nog steeds te weinig particulieren die dit soort renovatieprojecten op eigen houtje aandurven. Het pilootproject “gegroepeerde renovatie” van het EFRO-programma 2021-2027 gaat de eerste collectieve renovatiegolven ondersteunen en opstarten.

Het is ook onderdeel van een algemene strategie gericht op de duurzaamheid van wijken, wat op sociaal en milieuvlak een grote uitdaging is, maar zeker ook economisch.

In de komende weken wordt een tweede projectoproep “EFRO – Gegroepeerde Renovatie” uitgeschreven – eveneens met een budget van 4,75 miljoen euro. Het Brussels Gewest en het EFRO hopen een groot aantal dossiers binnen te krijgen, zowel van mede-eigendommen als van veeleer heterogene wijken.

Brussels Minister-President Rudi Vervoort, die bevoegd is voor het EFRO en Stadsvernieuwing is hier blij mee: “Het Brussels Gewest beschikt al over een subsidiesysteem (Renolution) om de Brusselaars ondersteuning te bieden als ze renovatiewerken uitvoeren aan hun woning om energie te besparen. Dankzij het EFRO testen wij hiermee, aansluitend bij onze grote doelstelling om het woningenbestand van de Brusselaars te renoveren, een nieuwe renovatiemethode die zich richt op een volledige wijk! Het is een interessante nieuwe aanpak die de komende jaren verder kan worden uitgewerkt.”

EFRO 2021-2027: 4 projecten geselecteerd voor de energierenovatie van lokale en gewestelijke overheidsinfrastructuur

2022-12-07_BANNER_EVENT_NL

EFRO 2021-2027: 4 projecten geselecteerd voor de energierenovatie van lokale en gewestelijke overheidsinfrastructuur

persbericht

14 maart 2024

De Brusselse regering heeft op voorstel van minister-president Rudi Vervoort met een budget van 8 miljoen euro vier projecten voor de energierenovatie van lokale of gewestelijke overheidsinfrastructuur geselecteerd, die na een projectoproep in het kader van het Brusselse EFRO-programma 2021-2027 waren ingediend. Die vier projecten sluiten aan bij het beleid dat de Brusselse regering voert om een energietransitie te maken en de gevolgen van de klimaatverandering te temperen.

Dankzij het EFRO 2021-2027 kunnen we middelen vrijmaken voor allerlei investeringen om energiebesparende werken uit te voeren aan openbare gebouwen die eigendom zijn van een gewestelijke of lokale overheid. Ook investeringen in ecologische duurzaamheid (groendak, recyclage, enz.) komen in aanmerking. Het kan gaan om gebouwen met uiteenlopende bestemmingen (besturen, gemeenschapsvoorzieningen, enz.). De gefinancierde ingrepen moeten er uiteindelijk toe leiden dat het gebouw in kwestie onder een betere energieklasse valt.

Deze selectie is het resultaat van een eerste projectoproep. Eind 2023 en begin 2024 werden nog twee andere projectoproepen rond hetzelfde thema, voor respectievelijk 8 miljoen en 10,1 miljoen euro, uitgeschreven. De daaruit volgende selectie zou ergens tussen juni en september 2024 afgerond moeten zijn. Een deel van de beschikbare financiële middelen is specifiek bestemd om de energieprestatie van “energieverslindende” gebouwen te verbeteren. Dat zijn gebouwen met energielabel E, F of G.

Het totale budget voor het Brusselse EFRO-programma, dat de Europese Unie voor 121,3 miljoen euro ondersteunt, bedraagt meer dan 300 miljoen euro. Daarmee worden stevige lijnen uitgezet voor de ondersteuning en ontwikkeling van Brusselse projecten en investeringen van gewestelijk belang, die tegen eind 2029 uitgevoerd moeten zijn.

Innovatie en steun voor kmo’s nemen in het nieuwe EFRO-programma nog altijd een belangrijke plaats in. Dat was in het vorige programma ook al het geval. Daarnaast heeft de Brusselse regering beslist om overeenkomstig de prioriteiten van de EU te investeren in energiebesparingen die er onder meer op gericht zijn openbare woningen en overheidsgebouwen energetisch te renoveren. Ze maakt tevens middelen vrij om de openbare dienstverlening te digitaliseren. Tot slot vloeit ook geld naar gemeenschapsvoorzieningen, en dan vooral in onze wijken die het moeilijk hebben en waar er een nijpend gebrek is aan dergelijke infrastructuur. Er gaat eveneens bijzondere aandacht uit naar de opvang van kwetsbare bevolkingsgroepen.

De eerste projectoproep voor de energierenovatie van lokale en gewestelijke overheidsinfrastructuur werd uitgeschreven in maart 2023. Nadat de selectiefases van de EFRO-directie doorlopen waren, heeft de Brusselse regering op basis van de projectoproep vier projecten geselecteerd voor een totaalbedrag van meer dan 8 miljoen euro:

 

 

Begunstigde

Naam van het project

Bedrag EFRO + BHG

1

urban.brussels

Cultureel, artistiek en creatief productiecentrum MANCHESTER-BODEGA

2.621.799,00 €

2

Gemeente Elsene

Energierenovatie van de gebouwen op de Rabelais-site.

2.178.201,00 €

 

3

Net Brussel (Gewestelijk Agentschap voor Netheid)

Energierenovatie Berchem GAN

 

2.615.091,00 €

4

Net Brussel (Gewestelijk Agentschap voor Netheid)

Energierenovatie Bempt GAN

584.909,00 €

 

 

Brussels minister-president Rudi Vervoort, die bevoegd is voor het EFRO, is zeer tevreden met de selectie: “Het EFRO-programma biedt kansen, zowel voor het Brussels Gewest als voor projectuitvoerders. Met deze nieuwe projectselectie tonen we aan dat ons EFRO-programma 2021-2027 opgebouwd is rond concrete en overkoepelende inspanningen voor verschillende speerpunten en een nuttige aanvulling vormt op het beleid dat ons gewest onder meer via het Energie- en Klimaatplan 2030 (NEKP-BHG) voert. De vier geselecteerde projecten samen leiden niet enkel tot een vermindering van het jaarlijkse primaire energieverbruik (van de openbare gebouwen in kwestie), maar brengen ook de uitstoot van broeikasgassen naar beneden door te zorgen voor naar schatting 398,8 ton minder CO2-uitstoot per jaar!”

Minister Alain Maron bevoegd voor klimaattransitie en openbare netheid:

Als minister bevoegd voor klimaattransitie en openbare netheid ben ik heel blij dat er naar aanleiding van deze eerste projectoproep twee projecten voor energierenovatie van Net Brussel zijn geselecteerd. Dankzij deze projecten kan het energieverbruik van de gebouwen in kwestie drastisch worden verlaagd. Bovendien zal door de plaatsing van zonnepalen ook hernieuwbare energie kunnen worden opgewekt. Ze passen in een ruimer programma voor de herstructurering van de infrastructuur van het agentschap. Dat programma heeft tot doel om het agentschap in zijn geheel energieperformanter te maken en om de arbeidsomstandigheden van het personeel en de efficiëntie van de openbare dienstverlening te verbeteren. De overheid speelt een voorbeeldrol om het gewest klimaatneutraal te maken. Daarom heb ik het programma Renoclick opgestart om de energieprestaties van de Brusselse openbare gebouwen te verbeteren.

Drugshandel in Brussel: de Gewestelijke Veiligheidsraad keurt strategie goed om de drugshandel en de daarmee gepaard gaande gevolgen voor de veiligheid aan te pakken

cp safe 24

Drugshandel in Brussel: de Gewestelijke Veiligheidsraad keurt strategie goed om de drugshandel en de daarmee gepaard gaande gevolgen voor de veiligheid aan te pakken

persbericht

11 maart 2024

Brussels minister-president Rudi Vervoort heeft vandaag samen met Sophie Lavaux, algemeen directeur van safe.brussels en hoge ambtenaar van de Brusselse agglomeratie, de Gewestelijke Veiligheidsraad* laten bijeenkomen. De leden van de raad hebben groen licht gegeven voor de uitrol van een strategie “om de drugshandel en de daarmee gepaard gaande gevolgen voor de veiligheid te bestrijden”.

Die strategie komt er op vraag van iedereen die op het terrein actief is. Het is de bedoeling om een gewestelijke aanpak uit te werken op basis van een nauwkeurig omlijnde beheersstructuur waar iedereen aan meewerkt. Een lokale taskforce (LTF) zal voor iedere prioritair aan te pakken zone die de Gewestelijke Veiligheidsraad heeft bepaald, een lokaal actieplan uitwerken en opvolgen. Dat plan moet het mogelijk maken om snel in te grijpen wanneer zich in de praktijk problemen voordoen en er geweld wordt gepleegd. Een Gewestelijke Integrale Veiligheidscel (GIVC) onder leiding van safe.brussels zal zorgen voor een vlotte informatiedoorstroming tussen de lokale taskforces. Dat moet de samenhang van de gewestelijke aanpak waarborgen en moet in de mate van het mogelijke verhinderen dat de problemen zich verschuiven, zoals we dat vroeger zagen. Er zal ook over de acties worden gerapporteerd aan de Gewestelijke Veiligheidsraad.

Op de Gewestelijke Veiligheidsraad van 27 februari jongstleden kreeg safe.brussels de opdracht om de uitwerking van een gewestelijke strategie te coördineren. Het gewestelijke veiligheids- en preventieorgaan heeft het nodige gedaan om de gemeenschappelijke strategie vorm te geven. Het heeft daarvoor samengewerkt met de politie (de politiezones en de federale politie) en het parket, de burgemeesters, de bevoegde gewestelijke kabinetten en hun administraties, maar ook met de verenigingen in de welzijns- en gezondheidssector (die zich inzetten voor daklozen en verslaafden) en de federale administraties, zoals de dienst Vreemdelingenzaken en Fedasil. 

De gewestelijke strategie is gebaseerd op de lessen die getrokken zijn uit het plan voor het Zuidstation en op de initiatieven in gebieden waar de drugshandel welig tiert, met op de eerste plaats Peterbos.

Om te beginnen zijn de prioritair aan te pakken zones (“hotspots”) bepaald. Die zullen door de betrokken burgemeesters worden goedgekeurd. Het gaat om tien tot vijftien zones.

In die zones zullen acties worden ondernomen die steunen op drie pijlers, met name veiligheid, preventie en het buurtleven.

Om het werk van de politie te ondersteunen, zullen er politiebesluiten worden uitgevaardigd. De minister-president kan dergelijke besluiten nemen om algemene maatregelen voor alle hotspots in te voeren (bijvoorbeeld een tijdelijk verbod op de verkoop van bepaalde producten, zoals lachgas en alcohol). Daarnaast kunnen ook de burgemeesters specifieke maatregelen voor een hotspot vastleggen in een besluit (bijvoorbeeld een plaatsverbod, systematische identiteitscontroles).

De snelle reactiestrategie zal steunen op de volgende beheersstructuur die door de Gewestelijke Veiligheidsraad is goedgekeurd:

de oprichting van een Gewestelijke Integrale Veiligheidscel (GIVC) 

De GIVC wordt gecoördineerd door de algemeen directeur van safe.brussels. De cel moet toezien op de uitvoering en de naleving van de gewestelijke strategie door de hieronder vermelde lokale taskforces en het overleg met de bestaande structuren faciliteren.

en van lokale taskforces (LTF):

Op basis van de identificatie en de analyse van gevoelige plaatsen en de daarmee samenhangende fenomenen richt de burgemeester voor elke vastgestelde hotspot een lokale taskforce op.

De LTF’s krijgen als opdracht een gericht actieplan op te stellen dat aansluit bij de uitgestippelde gewestelijke strategie. Het actieplan moet drie onderdelen bevatten die elkaar aanvullen en onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn: veiligheid, preventie en buurtleven. Elke lokale taskforce bestaat uit overheden, diensten en partners die op plaatselijk en gewestelijk niveau betrokken zijn bij deze drie aspecten.

Hierbij moet in gedachten worden gehouden dat de uitvoering van de gewestelijke strategie afhankelijk is van de medewerking van alle betrokken partijen (federale, gewestelijke en plaatselijke overheid), die elk verantwoordelijk en onafhankelijk blijven binnen hun eigen bevoegdhedenpakket. De strategie berust in wezen op hun medewerking en individueel engagement.

*Deze raad, die voorgezeten wordt door de minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, is samengesteld uit de Procureur des Konings van Brussel, de voorzitters van de politiecolleges, de bestuurlijk directeur-coördinator, de gerechtelijke directeur en de korpschefs van de zes lokale politiezones op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De samenstelling ervan wordt uitgebreid met de burgemeesters van alle 19 Brusselse gemeenten en de hoge ambtenaar.

Stadsvernieuwing: de Brusselse Regering hecht haar goedkeuring aan de aanbesteding voor de werken van de eerste projectfase van de cultuur-, kunst- en creativiteitspool Manchester in Sint-Jans-Molenbeek

Manchesterstraat copie

Stadsvernieuwing: de Brusselse Regering hecht haar goedkeuring aan de aanbesteding voor de werken van de eerste projectfase van de cultuur-, kunst- en creativiteitspool Manchester in Sint-Jans-Molenbeek

persbericht

7 maart 2024

Op initiatief van Minister-President Rudi Vervoort keurde het Brussels Gewest eind 2017 het programma van het Stadsvernieuwingscontract “Heyvaert – Poincaré” (SVC 5) goed, dat onder meer voorziet in het ambitieuze project om een voormalige drukkerij om te vormen tot een nieuw cultureel, artistiek en creatief productiecentrum in de Manchester- en de Birminghamstraat in Sint-Jans-Molenbeek. Begin dit jaar werden twee belangrijke mijlpalen bereikt in de operationele uitvoering van het project: de afgifte van de stedenbouwkundige vergunning en de goedkeuring van de documenten voor de overheidsopdracht voor werken door de Brusselse Regering met het oog op de eerste fase van dit ambitievolle project met gewestelijke uitstraling, dat mogelijk werd dankzij de financiering van het stadsvernieuwingsbeleid, Beliris en het EFRO.

Heel 2022 en 2023 hebben de architectenbureaus BC architects en Civic Architects gewerkt aan de reconversie van deze voormalige industriële sites tot meerdere voorzieningen bestemd voor artistieke en creatieve productie. Na twee jaar ontwikkeling en de indiening van een stedenbouwkundige vergunningsaanvraag kan het project nu beginnen aan de openbare aanbestedingsfase en tegen de zomer van 2024 ook echt aan de eerste fase van de werken.

Deze gebouwen langs het kanaal worden momenteel op tijdelijke basis gebruikt, onder meer door de vereniging Recyclart die er een hele reeks activiteiten heeft ontwikkeld. Op termijn worden de gebouwen bestemd voor culturele, artistieke en creatieve producties en aanverwante infrastructuren en voorzieningen (zoals administratieve lokalen, een polyvalente zaal, kunstenaarsresidenties e.d.).

Brussels Minister-President Rudi Vervoort, bevoegd voor Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing: “Nu de stedenbouwkundige vergunning is toegekend, kunnen we voortwerken aan dit prachtige project!  Mijn Regering heeft ervoor gekozen om gefaseerd te werk te gaan, waarbij voor een stuk het tijdelijk gebruik door Recyclart van de locatie kan worden aangehouden. De eerste werf wordt het gebouw aan de straatkant langs de Manchesterstraat, waar de bestaande gevel wordt afgebroken en een nieuw gebouw (“De Plint”) wordt opgetrokken waarin het restaurant en de kantoren van Recyclart worden ondergebracht evenals de zaal die wordt opengesteld voor de buurt. De andere drie gebouwen (de Hangar, de Raffinaderij en de Bodega) zullen een ingrijpende renovatie ondergaan die geprogrammeerd staat voor de tweede helft van 2024 en begin 2025. “ 

De verwezenlijking van deze nieuwe pool was enkel mogelijk dankzij de financiële steun van verschillende partijen. Aan de ene kant is er Beliris, dat dankzij Bijakte 15 bij de Beliris-samenwerkingsovereenkomsten de werken zal financieren voor een bedrag van 8,43 miljoen euro. Anderzijds zijn er de Europese EFRO-fondsen 2021-2027, die via meerdere strategische doelstellingen in deze voorziening investeren. En tot slot investeert ook het Brussels Gewest via zijn bevoegdheden voor stadsvernieuwing.

Karine Lalieux, Minister bevoegd voor Beliris: “Beliris is van bij de aanvang een partner in de herontwikkeling van de Kanaalzone en ik ben heel blij dat dit initiatief, dat voor een nieuwe dynamiek zal zorgen in de wijk, nu een concrete invulling krijgt.De financiële bijdrage van het belirisfonds van de federale overheid heeft dit schitterende project mogelijk gemaakt. Alleen al voor de aankoop van bepaalde gebouwen en de financiering van de werken werd 8,43 miljoen euro geïnvesteerd door het Beliris-fonds. Dit grootschalige project zal bijdragen aan de uitstraling van de hoofdstad door de originele functionele mix en de opmerkelijke architectuur, die moderniteit koppelt aan respect voor het industrieel erfgoed.”

“Ik ben blij dat we met de uitreiking van deze vergunning de creatieve dynamiek van deze site kunnen vrijwaren en verder versterken. Jarenlang hebben organisaties zoals Recyclart en Decoratelier een “tijdelijk gebruik” gemaakt van de locatie waardoor de oude drukkerij weer tot leven kwam, de deuren naar de buurt werden opengezet en er een unieke artistieke en culturele beweging kon groeien aan de oevers van het kanaal. Voortaan zal deze locatie voor 100% in gebruik worden genomen door meerdere organisaties in een gerenoveerde en verbeterde infrastructuur,” aldus Ans Persoons, Brussels Staatssecretaris voor Stedenbouw en Erfgoed.

Directeur van de MSI, Gilles Delforge, legt uit dat “de ontwikkeling van een dergelijk project in de wijk van de Manchesterstraat naadloos aansluit bij de culturele en artistieke dynamiek die er vandaag al heerst. Het nieuwe gebouw De Plint moet het gezicht worden van de toekomstige productiepool, open naar de buurt toe. De MSI is blij hier opnieuw haar rol te kunnen vervullen als vormgever van de territoriale ontwikkeling van Brussel en het voortouw te kunnen nemen in de stadsinrichting met grote projecten en openbare, collectieve voorzieningen met een gewestelijke uitstraling.

Het project van het multidisciplinaire team van A BORD, onder leiding van BC Architects, is in meerdere opzichten ambitievol.  Enerzijds maakt het gebruik van wat er al bestaat, zoals het creatieve ecosysteem van de wijk, het industrieel erfgoed en de rijke geschiedenis die ermee verbonden is, de bestaande structuren en materialen van de gebouwen op de site en de aanwezigheid en de dynamiek van gebruikers zoals Recyclart, Decoratelier en de vzw Impulsion.  Daarnaast staat in het project de duurzaamheid voorop omdat gekozen is voor het gebruik van materialen met een lage koolstofuitstoot (hergebruikte bakstenen, ramen en deuren met een label, kalk- en hennepbeton enz.) 

Tot slot zijn de organisatie en de logistiek van de toekomstige werf zorgvuldig onderzocht om ervoor te zorgen dat de activiteiten van Recyclart onder de best mogelijke omstandigheden kunnen blijven plaatsvinden, wat ook een grote uitdaging is voor het ontwerpersteam, de toekomstige aannemer en de gebruikers van de site.  

Op termijn zal deze toekomstige productiepool voor culturele, artistieke en creatieve projecten werkruimte bieden aan vrijwel 100 mensen. Dit is één van de projecten met grote symboolwaarde in de eerste golf Stadsvernieuwingscontracten die door het Gewest opgestart en samen met de gemeenten uitgevoerd worden om tekorten in de openbare infrastructuur weg te werken en de stedelijke breuklijnen tussen wijken te verkleinen. Als project met gewestelijke uitstraling zal het bijdragen tot de nieuwe dynamiek van het kanaalgebied.

Sociale Top 2024: Balans en toekomstvooruitzichten voor het Gewest

Sommet social 2024

Sociale Top 2024: Balans en toekomstvooruitzichten voor het Gewest

persbericht

5 maart 2024

Nu de legislatuur op haar einde loopt, zijn de Brusselse regering en de sociale partners (die zich verenigd hebben in Brupartners) vandaag samengekomen op een laatste sociale top voor de verkiezingen van 9 juni. Een ideale gelegenheid om de balans van deze regeerperiode op te maken, maar ook en vooral om samen vooruit te kijken naar toekomstige manieren om een antwoord te bieden op de sociaal-economische uitdagingen waarmee het Brussels Gewest te maken krijgt.

Tijdens de opeenvolgende crisissen van de voorbije jaren zijn de weerbaarheid en het aanpassingsvermogen van onze samenleving zwaar op de proef gesteld. Dankzij de inspanningen van de overheid en de privésector konden de sociale en economische gevolgen daarvan enigszins worden beperkt. Dat dit gelukt is, is voor een groot deel te danken aan een doeltreffend economisch en sociaal overleg. Daar zijn de sociale partners en de leden van de Brusselse regering het volmondig over eens.

Vanuit die vaststelling heeft Brupartners enkele aandachtspunten voor de volgende legislatuur aangestipt. Om te beginnen, is het nodig om de economische en sociale dialoog die tijdens heel deze regeerperiode een vooraanstaande plaats heeft ingenomen, voort te zetten en verder uit te bouwen. Dat geldt ook voor de geheel eigen manier waarop de Brusselse regering en de sociale partners in het Brussels Gewest op basis van gedeelde prioriteiten overleg plegen. Daarnaast roept Brupartners op om grondig na te denken over de organisatie van de vele gewestelijke adviesorganen en over de manier waarop zij op elkaar kunnen worden afgestemd. Dat is nodig om ze efficiënter en zinvoller te laten werken.

Ondanks alle inspanningen die de voorbije vijf jaar zijn geleverd, blijven er zich sociaal-economische uitdagingen aandienen. De beleidsmakers moeten daar gedurfde en vernieuwende antwoorden op formuleren en verder kijken dan de tijdspanne van een legislatuur. Brupartners stuurt aan op een visie op middellange en lange termijn om de complexe uitdagingen waar het Brussels Gewest voor staat, aan te pakken.

Tot slot werd op de sociale top ook gesproken over enkele dossiers die essentieel zijn voor de toekomst van het Gewest (economie, werk, opleiding, mobiliteit, huisvesting, ruimtelijke ordening, het openbaar ambt, enz.). De sociale partners hebben er zich toe verbonden om ook met de volgende regering een constructieve dialoog te blijven voeren, zoals zij dat tot nu altijd al hebben gedaan. Op die manier willen zij mee zorgen voor een voorspoedige en rechtvaardige toekomst voor de Brusselse bedrijven en voor de mensen die in Brussel werken en wonen.

Voorzitter Jan De Brabanter van BECI: “Met deze laatste sociale top rondt Brupartners een periode van intensief en constructief samenwerken af, maar richt het ook en vooral de blik op de volgende legislatuur. Ons traject is genoegzaam gewaardeerd en erkend. Overleg met Brupartners zal ook de volgende regering de beste waarborg bieden om een breed sociaal-economisch, maar tevens maatschappelijk draagvlak te creëren voor haar beoogde beleidsopties en -initiatieven.” 

Brussels minister-president Rudi Vervoort: “De samenwerkingsgerichte aanpak is het keurmerk van de strategie Go4Brussels. We zijn er tien jaar geleden mee van start gegaan. Dankzij die aanpak hebben we het sociaal overleg kunnen versterken en uitbreiden. In dat verband streven we onder meer doelstellingen na op basis van gedeelde prioriteiten. Deze werkwijze heeft haar deugdelijkheid inmiddels bewezen. Iedereen is er vandaag vol lof over. Op basis daarvan zijn we erin geslaagd samen stevige antwoorden te bieden op de sociaal-economische uitdagingen waarmee we te maken krijgen. Daarbij heeft de verbetering van de leefkwaliteit van de Brusselaars altijd vooropgestaan. Daarom roepen wij vandaag samen op om deze collectieve dynamiek ook na 2024 te behouden.

Klik hier om het rapport te downloaden.

Drugshandel in Brussel: de Gewestelijke Veiligheidsraad is vandaag samengekomen

brussels

Drugshandel in Brussel: de Gewestelijke Veiligheidsraad is vandaag samengekomen

persbericht

27 februari 2024

Brussels minister-president Rudi Vervoort heeft vandaag de Gewestelijke Veiligheidsraad* samengeroepen. Hij heeft er samen met Sophie Lavaux, algemeen directeur van safe.brussels en hoge ambtenaar van de Brusselse agglomeratie, een aantal gecoördineerde actievoorstellen toegelicht die bedoeld zijn om een antwoord te bieden op de huidige geweldsituatie. Die voorstellen moeten gepaard gaan met investeringen van de federale overheid, die bevoegd is voor de bestrijding van de zware criminaliteit.

De actievoorstellen zijn gebaseerd op de lessen die getrokken zijn uit het plan voor het Zuidstation, op de initiatieven die reeds genomen zijn in de gebieden waar de drugshandel welig tiert, met op de eerste plaats Peterbos, en op het werk dat safe.brussels nu al verricht, met onder meer de aanstelling van een coördinator voor het Noordstation. 

Dit zijn de belangrijkste lessen die uit de evaluatie van het plan voor het Zuidstation zijn getrokken:

– Doordat de politie veel meer aanwezig is in de buurt van het Zuidstation, kunnen de openbare diensten en de verenigingen er veilig hun werk doen;

– Alle betrokken instanties moeten meedoen, gaande van welzijns- en gezondheidswerkers en de netheidsdiensten tot de politie en het parket, maar ook de dienst Vreemdelingenzaken;

– Deze collectieve inzet is doeltreffend, maar kan alleen worden volgehouden als er voor álle betrokken instanties extra middelen komen;

– Een daadkrachtig optreden binnen een afgebakende zone leidt ertoe dat de criminaliteit verschuift. Zo heeft de drugshandel (verkoop en gebruik) zich verplaatst naar de Hallepoort en andere locaties, die eerder al met deze verschijnselen te maken kregen, maar tegenwoordig in veel ergere mate.

Nu er steeds ernstigere feiten worden gepleegd en het actieterrein zich verder uitbreidt, staan we met de opgestarte coördinatie dus voor de uitdaging om een algemene aanpak voor het hele Brussels Gewest uit te stippelen, met aandacht voor reeds bekende “hot spots”, zoals de Hallepoort, Ribaucourt, het Zuid- en het Noordstation, de vele metrostations waar zich problemen voordoen en de wijken waarvoor de openbare vastgoedmaatschappijen aan de alarmbel hebben getrokken, met op de eerste plaats Peterbos.

Eerst en vooral komt het erop aan te bepalen waar de coördinerende inspanningen zullen worden uitgerold. De politie baseert zich voor haar werk reeds op zogenaamde “hot spots”. De lijst daarvan zal worden bijgewerkt. Op al die hot spots zullen acties worden ondernomen die steunen op drie pijlers, met name veiligheid, preventie en de wijkinrichting.

Daarnaast is er uiteraard ook nood aan acties die zijn afgestemd op de specifieke situatie op elke hot spot. 

Enkele voorbeelden van de manier waarop gezamenlijk zal worden opgetreden op basis van de drie pijlers:

  1. Veiligheid – Politietaak

Gemeenschappelijke normen uitwerken, ofwel bij besluit van de minister-president, ofwel in een gemeenschappelijk politiereglement en de politiezones sterker coördineren om de bestrijding van de drugshandel te operationaliseren.

  1. Preventie

Sterker inzetten op lokale preventie om druggebruikers te begeleiden, plaatsen veiliger te maken.

Regelmatig acties op touw zetten waarvoor zowel de politie, straathoekwerkers als schoonmaakploegen worden ingezet om te zorgen voor een zichtbare aanwezigheid en gebruik te laten maken van de ruimte, met als doel de mensen die het moeilijk hebben en de wijkbewoners bij te staan.

  1. Het leven in de wijken

(Stelselmatig en snel) herstellingen doorvoeren, alle openbare verlichting aanvullen of anders richten, alle schade aan de openbare ruimte (voetpaden, wegen, zitbanken, enz.) op een hot spot herstellen.

Een beleid voeren dat gebaseerd is op het concept “Security by design” om in te werken op de fysieke kenmerken en de omgevingselementen van hot spots waar drugs gedeald worden. Het gaat dan meer bepaald om de infrastructuur en de stedelijke inrichting, het beheer van de groene ruimten, mobiliteit, verlichting en openbare netheid.

safe.brussels verzorgt de coördinatie met het oog op de operationalisering van de strategie. Het zal daarvoor samenwerken met de politie (de politiezones en de federale politie) en het parket, de burgemeesters, de bevoegde gewestelijke kabinetten en hun administraties, maar ook met de verenigingen in de welzijns- en gezondheidssector (die zich inzetten voor daklozen en verslaafden) en de federale administraties, zoals de dienst Vreemdelingenzaken en Fedasil. De Gewestelijke Veiligheidsraad zal opnieuw samenkomen om de gemeenschappelijke actiestrategie goed te keuren.

*Deze raad, die voorgezeten wordt door de minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, is samengesteld uit de Procureur des Konings van Brussel, de voorzitters van de politiecolleges, de bestuurlijk directeur-coördinator, de gerechtelijke directeur en de korpschefs van de zes lokale politiezones op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De samenstelling ervan wordt uitgebreid met de burgemeesters van alle 19 Brusselse gemeenten en de hoge ambtenaar.