De Brusselse Regering keurt het nieuwe meerjarenprogramma voor gewestelijke ontwikkeling EFRO 2021-2027 goed
Persbericht
3 februari 2022
Op initiatief van Minister-President Rudi Vervoort keurde de Brusselse Regering vandaag donderdag het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling programma (EFRO) voor de nieuwe programmeringsperiode 2021-2027 goed. Dit meerjarig gewestelijk ontwikkelingsprogramma, dat voor 121 miljoen euro steun geniet van de Europese Unie, beschikt over een globale omslag van vrijwel 300 miljoen euro en tekent een solide roadmap uit voor de ondersteuning en de ontwikkeling van projecten en investeringen van gewestelijk belang die uiterlijk tegen 2029 moeten zijn verwezenlijkt.
Net zoals in het programma 2014-2020 is aanzienlijke steun voorzien voor KMO’s en de circulaire economie. In het nieuwe programma gaat de Gewestregering echter, in overeenstemming met de door de EU vastgestelde prioriteiten, ook voluit voor investeringen in de digitalisering van openbare diensten, voor de energierenovatie van woningen en overheidsgebouwen en voor gemeenschapsvoorzieningen in de wijken.
Op energievlak, zal het programma ertoe bijdragen dat de energieprestaties van de overheidsgebouwen dichter in de buurt komen van de energieprestaties die zijn vooropgesteld voor 2050 (Europese langetermijnstrategie) en biedt het intensievere ondersteuning aan overheden bij de uitvoering van de meest aangewezen renovaties. Qua investeringen in de wijken sluit het programma aan op het lopend gewestelijk beleid door de dynamiek die ter plaatse bestaat zelf te laten bepalen welke gemeenschapsvoorzieningen voor de bevolking van prioritair belang zijn.
Na een openbaar onderzoek onder de bevolking en de adviezen van de gewestelijke adviesorganen wordt het programma in het voorjaar bijgestuurd en tegen de zomer aan de Europese Commissie voorgelegd. De eerste projectoproepen staan gepland voor de tweede helft van 2022.
Minister-President Rudi Vervoort: “De middelen van het EFRO bieden het Brussels Gewest een uitstekende mogelijkheid om verder te investeren in de wijken en lokale projecten, maar ook in KMO’s en universiteiten. Bovendien kiest deze nieuwe programmering resoluut voor investeringen in duurzaamheid. Voor de eerste keer ook hebben we een aanzienlijk deel van de middelen voorbehouden voor de energierenovatie van sociale woningen. Dat lijkt ons een absolute noodzaak in de huidige en toekomstige sociale en ecologische context.”