Midi4

Het RPA Zuid in eerste lezing goedgekeurd door de Brusselse Regering Tijd om de Brusselaars naar hun mening te vragen!

persbericht

11 mei 2021

Voor de Brusselse Regering is de tijd aangebroken om de Brusselaars te raadplegen over de vordering van de werkzaamheden aan het Zuidstation en zijn omgeving. Op voorstel van Minister-President Rudi Vervoort keurde de Brusselse Hoofdstedelijke Regering in eerste lezing het ontwerp van Richtplan van Aanleg (RPA) “Zuid” goed. Zo kan het nu aan een breed openbaar onderzoek worden onderworpen, waarvan de conclusies een evolutie van de stadsontwikkeling mogelijk moeten maken. De onrust omtrent de toekomst van kantoren in de hoofdstad mag een volwaardig en sereen debat over de toekomst van een centrale wijk met vele mogelijkheden niet in de weg staan.

De uitwerking van een herontwikkelingsvisie voor de Zuidwijk staat al sinds 2013 in de steigers, toen de Parijse stedenbouwkundigen van l’AUC door middel van een overheidsopdracht geselecteerd werden om een Richtplan uit te tekenen. L’AUC, vertegenwoordigd door Djamel Klouche, had voordien reeds op een aantal stationswijken gewerkt zoals het project “Gare de Lyon Part-Dieu”. Het ontwerp-RPA dat voorligt en waarvoor l’AUC nog steeds optreedt als ontwerper, is het logische uitvloeisel van het Richtschema dat in 2016 is goedgekeurd door de Brusselse Regering. De RPA-procedure ging op 8 mei 2018 officieel van start en de informatie- en participatiefasen waarin het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening (BWRO) voorziet, worden in die context naar aanleiding van drie vergaderingen georganiseerd.

De hoofdlijnen van het ontwerp-RPA sluiten aan bij het territoriaal beleid zoals dat staat uitgetekend in het Gewestelijk Plan voor Duurzame Ontwikkeling (GPDO). Dat plan stelt tien prioritaire ontwikkelingspolen voorop waarbij ook de Zuidwijk. Het GPDO streeft ernaar om de wijk opnieuw in evenwicht te brengen door de woonfunctie samen met de bijpassende voorzieningen te stimuleren en te bouwen rond het concept van “woonvriendelijk station” zoals dat in het Richtschema staat omschreven. Dat schema legt de strategische krachtlijnen voor de verdere evolutie van deze wijk vast. Ook bepaalt het dat men bij de transformatie van deze pool gebruik dient te maken van de uitzonderlijke lokale, nationale en internationale bereikbaarheid van de wijk. De huidige Regering is bij de vorming van de meerderheid overeengekomen het goedkeuringsproces van de RPA te voltooien.

Het ontwerp van RPA is eigenlijk een bijwerking van het Richtschema in functie van de evoluerende context van de voorbije jaren en voorziet ineen strategisch hoofdstuk dat hier gepaard gaat met een verordenend luik als grondslag voor toekomstige aanvragen van stedenbouwkundige vergunningen voor nieuwe projecten in deze wijk. Het ontwerp van RPA boogt op de werkzaamheden van een begeleidingscomité met verscheidene Brusselse besturen, de NMBS als grote actor van de wijk, de Bouwmeester en de betrokken Brusselse gemeenten: Anderlecht en Sint-Gillis.
De grote lijnen van het ontwerp van RPA luiden als volgt: 

  • een grootstedelijke openbare ruimte: het ontwerp van RPA voorziet in:
    • een ambitieuze herinrichting van de openbare ruimten rond het station. Er wordt een nieuwe doorlopende strook gecreëerd die loopt van noord naar zuid, van de Europaesplanade en het Grondwetplein tot aan het blok in de Tweestationsstraat via het Hortaplein en de Frankrijkstraat. Het park dat op het huizenblok van de tweestationsstraat gepland is, zal een hoofdrol vervullen in de herontwikkeling van de wijk die het vandaag aan voor het publiek toegankelijke groene ruimten ontbreekt, een tekort waaraan het RPA beoogt te verhelpen. De Frankrijkstraat wordt het Frankrijkplein, een nieuwe verkeersluwe centrale ruimte van de omvang van het Jourdanplein in Etterbeek.
    • Binnen heel de perimeter van het RPA worden de openbare ruimten (voorzien van wateroppervlakken) en de ruimten binnenin de huizenblokken maximaal vergroend om de problematiek van de hitte-eilanden tegen te gaan en voor bewoners een kwalitatief hoogstaande leefomgeving te creëren.
    • Ook de openbare ruimten aan de rand van het RPA Zuid worden niet vergeten. Aan de hand van zijn stadsherwaarderings­programma’s programmeerde het Gewest reeds de herkwalificering en volledige heraanleg van de Poincarélaan tussen het Zuidstation en de Ninoofsepoort.  En aan de kant van Sint-Gillis en Vorst komt er een fiets- en wandelpad met alvast een eerste deel tussen de Veeartsentunnel en het Wiels. Ook de Wielsvijver en zijn omgeving worden heraangelegd als groene openbare ruimte en Speelpark.
  • de intermodaliteit ten dienste van de gebruiksmogelijkheden: het RPA beoogt het collectief vervoer op te waarderen, de druk van het autoverkeer te verminderen, zoveel als mogelijk het transitverkeer uit de woonwijken weg te halen en tegelijk ruimte vrij te maken voor actieve vervoermiddelen. Het parkeren op de openbare weg verdwijnt en elders komt een systeem van deelparkeren om zo veel mogelijk ruimte vrij te houden.
  • een woonvriendelijke stationsbuurt: huisvesting en voorzieningen zijn functies die het RPA beoogt uit te bouwen in de wijk, met 189.000 m² bijkomende woonoppervlakte en 44.000 m² nieuwe lokale en supralokale voorzieningen. De kantoorfunctie zou daarbij 12.500 m² verliezen.  Als eerste doelstelling van het RPA geldt dat een woonvriendelijke stationsbuurt tot ontwikkeling moet worden gebracht waar bewoners kunnen leven, werken en hun kinderen school kunnen lopen. Daarbij moet het in april 2021 opgestarte Stadsvernieuwingscontract nr. 7 een belangrijke rol spelen in de uitvoering van het RPA en het ontluiken van voorzieningen waaraan de wijk vandaag en morgen behoefte heeft.

Het RPA voorzag voor het perceel Victor van het Kuifje-blok in de ontwikkeling van een locomotief van 56.000 m² kantoren. Gezien de hedendaagse context waarin kantoren onder grote druk staan, heeft de Brusselse Regering er zich alvast toe geëngageerd de dichtheid van dit huizenblok naar beneden te herzien vóór het plan in tweede lezing wordt goedgekeurd, maar wil zij wel het plan dat door de aangestelde stedenbouwkundigen is opgesteld als zodanig voorleggen aan de Brusselaars om een reëel debat mogelijk te maken over deze belangrijke wijk van de hoofdstad.

Ik wil gedachtewisselingen en discussies op gang brengen over de Zuidwijk. Ik ben mij duidelijk bewust van de onzekerheid die heerst op de kantorenmarkt. Maar ik wil wel duidelijk zijn: ik ben à priori geen voorstander van een torengebouw op het zogenaamde Kuifje-blok zoals het plan vooropstelt en mijn Regering heeft sindsdien trouwens geacteerd dat dit punt diende te evolueren. Voor mij is het belangrijk dat het debat op gang komt en dat de theoretische werkzaamheden worden afgerond, zodat we hierover samen kunnen nadenken en bespreken wat de stedenbouwkundigen voor deze belangrijke Brusselse wijk hebben uitgewerkt. De volgende fase is het openbaar onderzoek georganiseerd door de gemeenten. Dit gaat eerstdaags van start en zal 60 dagen duren. Ook de gewestelijke adviesorganen zoals de Gewestelijke Ontwikkelingscommissie, om er maar één te noemen, zullen worden geraadpleegd.”, aldus Minister-President Rudi Vervoort.

“Als burgemeester van Anderlecht ben ik blij dat er eindelijk schot komt in dit strategische dossier dat het richtplan van aanleg voor de Zuidwijk toch wel is. Wij blijven er dan ook aandachtig op toezien dat dit verordenende plan voor de toekomstige ontwikkeling van deze buurt Anderlecht, Sint-Gillis en Vorst daadwerkelijk beter op elkaar zal doen aansluiten, zodat de Zuidwijk niet langer een stedelijke breuklijn tussen onze gemeenten vormt, maar kan uitgroeien tot een nieuwe pool die positief afstraalt op de omliggende wijken. Het Anderlechtse bestuur is daarenboven voorstander van het idee van een kwaliteitsvolle stedelijke ontwikkeling en dan in het bijzonder langs de toekomstige as tussen het huizenblok in de Tweestationsstraat en het Hortaplein, waar het concept van de “woonvriendelijke stationsomgeving” gekoppeld aan de stadsnormen van de eenentwintigste eeuw vorm moet krijgen.”, stelt Fabrice Cumps, burgemeester van Anderlecht.

“Een inrichtingsplan onontbeerlijk om eenheid en samenhang te schenken aan het ontwikkelingsproject van deze perimeter. Er moet immers vermeden worden dat de vergunningen op versnipperde wijze worden afgegeven, wat afbreuk doet aan de transparantie van de stedenbouwkundige beslissingen.” concludeert Charles Picqué, burgmeester van Sint-Gillis.