Het Gewest geeft de Brusselaars inspraak om hun leefomgeving te verbeteren via zijn Gewestelijk Plan voor Duurzame Ontwikkeling (GPDO)
persbericht
13 january 2017
Nadat de Brusselse Regering de mogelijkheden van haar grondgebied heeft bestudeerd en haar Gewestelijk Plan voor Duurzame Ontwikkeling (GPDO) heeft goedgekeurd, lanceert ze een breed burgerparticipatieproces. Vanaf vandaag kan iedereen de voorstellen van het GPDO inkijken via een breed proces van openbaar onderzoek, en dat nog tot 13 maart.
“We willen de beste oplossingen aanreiken om ons Gewest de komende 25 jaar zo goed mogelijk te ontwikkelen, en daarbij de Brusselaars een betere levenskwaliteit in de stad garanderen. Via het GPDO willen we oplossingen voorstellen die tegemoetkomen aan allerlei uitdagingen zoals de verdichting die nodig is om de bevolkingsgroei op te vangen, het waarborgen van de Brusselse mix, het verbeteren van de gelijkheid en de samenhang tussen de verschillende partijen van het Brusselse grondgebied“, aldus Minister-President Rudi Vervoort.
Na maandenlange werkzaamheden, gegevens actualiseren en ideeën, visies en ambities uitwisselen, werd een zowel krachtige als eigentijdse tekst opgesteld rond vier hoofdpijlers.
1) Een ambitieuze productie van aangepaste woningen:
Ons Gewest gaat gebukt onder het tekort aan woningen. Het GPDO voorziet dan ook om het grondgebied zo goed mogelijk te benutten om nieuwe wijken te ontwikkelen en bijkomende woningen te bouwen. Door dieper in te gaan op het grondpotentieel dat in Brussel aanwezig is, beoogt het GPDO immers de bebouwing op het Brusselse grondgebied gecontroleerd te verdichten.
“De échte uitdaging bestaat erin op een geïntegreerde manier na te denken over de plaatsen waar die woningen moeten komen. We willen het Brusselse stadsweefsel gecontroleerd verdichten door onder meer de Gewestelijke Stedenbouwkundige verordening (GSV) te herzien en daarbij rekening te houden met het gemengde karakter“, aldus Rudi Vervoort. Hij benadrukt ook de prioritaire criteria van de kwaliteitsvolle leefomgeving volgens het GPDO.
Naast het Kanaalgebied, waaraan bijzondere aandacht wordt besteed, zijn er nog tien prioritaire ontwikkelingszones afgelijnd, die kunnen rekenen op voorrang en massale inspanningen vanwege de overheid. Het gaat om Reyers, Josaphat, Heizel, Schaarbeek-Vorming, de gevangenissen van Sint-Gillis en Vorst, de NAVO-site, de Europese Wijk, het Weststation, Delta en de kazernes in Elsene en Etterbeek.
2) De ontwikkeling van voorzieningen en van een aangename, duurzame en aantrekkelijke leefomgeving:
Het Gewest wil ook een stad op mensenmaat ontwikkelen die georganiseerd is rond een hoogstaand openbaar vervoersnet en waarin talrijke culturele, educatieve, school- en sportvoorzieningen gelijk verdeeld zijn over heel het grondgebied.
“Het is ons leidmotief om alles wat de Brusselaars verbindt met hun directe omgeving en bijdraagt tot de kwaliteit van hun dagelijkse leven, te versterken“, verklaart Rudi Vervoort. Hij wijst ook op de voorzetting van de Duurzame Wijkcontracten (DWC) en de Stadsvernieuwingscontracten (SVC) als onmisbare instrumenten om de stad op te knappen en verbetering te brengen in de wijken.
3) De uitbouw van sectoren en diensten met een groot werkgelegenheidspotentieel, goede economische vooruitzichten en opleidingsperspectieven:
“Het is de bedoeling om bedrijven en KMO’s aan te moedigen zich bij voorkeur te vestigen in bepaalde gebieden, afhankelijk van het soort activiteiten dat zij ontwikkelen“, aldus de Minister-President.
Zo werden er zes prioritaire zones afgebakend waar de tewerkstelling kan worden herontwikkeld. Bijzondere aandacht werd besteed aan de lokale tewerkstelling – via de zone voor economische uitbouw in de stad (ZEUS) – maar ook aan de ontwikkelingspolen met een concentratie van economische actoren.
Maar Rudi vervoort gaat nog verder: “Het GPDO benadrukt ook de noodzakelijke uitbreiding van de economische activiteiten met internationale uitstraling die bevorderlijk zijn voor de naamsbekendheid van Brussel: toerisme, internationale congressen, grote evenementen, export, onderzoek en innovatie.”
4) Verbetering van de mobiliteit als factor van duurzame stadsontwikkeling:
Het GPDO bevat krachtige maatregelen om de verkeersopstoppingen aan te pakken. Sommige maatregelen zijn gepland voor 2025, andere voor 2040. Een eerste belangrijke concrete doelstelling bestaat erin de druk van het inkomend en uitgaand verkeer op onze wegen tegen 2025 met 20% te verminderen.
Daartoe voorziet het GPDO om de zes belangrijkste invalswegen om te vormen tot stadslanen en die vermindering van de wegcapaciteit gepaard te laten gaan met de aanleg van 25.000 parkeerplaatsen (P+R) binnen het hoofdstedelijk gebied.
“Hoewel de Brusselaars hier duidelijk al grote inspanningen hebben geleverd, krijgen ze alternatieve oplossingen aangeboden om zich met het openbaar vervoer of als actieve weggebruiker te verplaatsen. Het is de bedoeling om het gebruik van de wagen binnen de stad tegen 2025 met 15% te verminderen door ervoor te zorgen dat verplaatsingen gemakkelijker verlopen“, aldus de Minister-President.
Een andere grote doelstelling van het project bestaat erin een verdere modal shift te bewerkstelligen. De Brusselaars hebben die trend al een tiental jaar geleden ingezet. Nieuwe metrolijnen, uitbreidingen op het tramnetwerk, het optimaal gebruik van het bestaande netwerk, zijn allemaal ontwikkelingen waarin het nieuwe gewestelijk plan voorziet.
Andere projecten waartoe werd besloten ten voordele van de zachte vervoersmiddelen zijn de aanleg van fietspaden en meer voetgangerszones.
“In deze tekst hebben we besloten om de lotsbestemming en de toekomst van de Brusselaars in de handen te leggen van de Brusselaars zelf. Maar Brussel ligt centraal op het strategische schaakbord en het heeft de medewerking van heel wat actoren nodig als het zijn ambities wil verwezenlijken“, aldus nog Rudi Vervoort aan de gemeenten, de federale Regering en Europa.
Het openbaar onderzoek
De inspraak van alle Brusselaars is essentieel. De openbare raadpleging, die de Minister-President zo breed mogelijk wil maken, zal plaatsvinden van 13 januari tot 13 maart 2017. Gedurende deze 2 maanden worden publieke fora georganiseerd.
Er is een aparte ruimte gewijd aan het GPDO in elk van de 19 gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bij perspective.brussels, bip.brussels en in het CCN-gebouw (Noordstation)
Al deze informatie is beschikbaar op de websites: www.prdd.be en www.gpdo.be. Hierop is ook een verzoekformulier te vinden waarmee alle Brusselaars hun suggesties kenbaar kunnen maken. Met de meest relevante suggesties zal rekening worden gehouden bij de definitieve goedkeuring van de tekst.
_____