Laten we de overheidsinvesteringen ondersteunen door de Europese regels aan te passen!
persbericht
21 november 2014
De Ministers-Presidenten van het Brussels Gewest, het Waals Gewest en de Federatie Wallonië-Brussel, Rudi Vervoort, Paul Magnette en Rudy Demotte, stellen vast dat de huidige regel om de investeringen mee op te nemen in de berekening van de tekorten vandaag in ernstige mate de ondersteuning van de groei bemoeilijkt, net zoals de toepassing van het six-pack, het two-pack en het Verdrag inzake stabiliteit, coördinatie en bestuur de ondersteuning van onze economie in grote mate blijft bemoeilijken.
De Gewesten, de Gemeenschappen en de gemeenten hekelen al jarenlang de nadelige gevolgen van het geheel van Europese begrotingsregels, die de overheidsinvesteringen op onhoudbare wijze beteugelen.
Het is duidelijk dat het voor de overheden haast niet meer mogelijk zal zijn te investeren in het algemeen welzijn als er geen aanpassing komt van de regels of als de beoordeling hiervan niet flexibeler wordt gemaakt. Zoals iedereen weet, “is de groei van morgen immers afhankelijk van de investeringen van vandaag”, verduidelijkt Rudy Demotte.
De drie Ministers-Presidenten pleiten er daarom voor dat Europa de overheidsinvesteringen in sterke mate ondersteunt in plaats van deze te ontmoedigen, zoals dat vandaag het geval is. Een tussenkomst is denkbaar op verschillende niveaus, zoals al lang opgeworpen wordt tussen de federale entiteiten.
In dit verband liggen er uiteraard verscheidene werkpistes op tafel. Zo pleit Paul Magnette ervoor “de uitgaven voor overheidsinvesteringen volledig of gedeeltelijk buiten beschouwing te laten bij het beoordelen van de naleving van de normen inzake het tekort (met inbegrip van de middelen die de Lidstaten inbrengen voor de medefinanciering van de Europese Structuurfondsen), de overheidsuitgaven en de overheidsschuld, of voor een meer structurele maatregel die erin bestaat de Europese boekhoudkundige regelgeving aan te passen om de investeringen over meerdere jaren te kunnen afschrijven (zoals dat gebeurt in de boekhouding van de bedrijven en de gemeenten)”. De Ministers-Presidenten zijn er verder ook voorstander van om bij het bepalen van de door de Lidstaten na te leven begrotingsdoelstellingen, de overheidsinvesteringen vooraf in rekening te brengen.
Er bestaan oplossingen, maar hiervoor is de steun nodig van de Europese overheid. Het is dan ook aangewezen dat alle Belgische overheden hen daartoe via hun vertegenwoordiger in de Europese Raad oproepen. “Het heeft nu lang genoeg geduurd: om de Europese economie nieuw leven in te blazen, is het nodig investeringen te verrichten. Laten we het mogelijk maken deze aan te moedigen in plaats van ze te ontmoedigen”, besluit Rudi Vervoort.
_____