persbericht
29 oktober 2015
De Minister-President is verheugd te kunnen meedelen dat de officiële aankoopakte van het Citroëngebouw op donderdag 29 oktober ondertekend is bij de notaris.
Toen de Minister-President in mei 2013 aantrad als Regeringsleider van het Gewest, kondigde hij aan dat hij in het Kanaalgebied een nieuwe dynamiek tot stand wilde brengen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wilde uitrusten met een Museum voor Moderne en Hedendaagse Kunst.
Tijdens het seminarie in Oostende in mei 2013 steunde de Brusselse Regering deze dubbelde doelstelling door te beslissen die grote infrastructuur te vestigen in het Kanaalgebied.
Nadien is in het Regeerakkoord van juli 2014 beslist om de Kanaalzone nieuw leven in te blazen op een manier die zowel de plaatselijke inwoners als alle Brusselaars ten goede moet komen.
“Met onze keuze om een dergelijk museum te vestigen in het Kanaalgebied, willen we een hefboomeffect teweegbrengen om deze zone een nieuwe dynamiek te bezorgen en beogen we de banden tussen de beide oevers van het Kanaal opnieuw aan te halen,” liet Rudi Vervoort toen optekenen.
Daarenboven zal de komst van dit Museum het toeristisch aanbod en de creatieve en culturele dynamiek, die in dit gebied al duidelijk aanwezig is, verder helpen versterken.
Mettertijd is er in de wijken rond het Kanaal immers een omvangrijk cultureel en artistiek netwerk uitgebouwd, met uiteenlopende initiatieven die uitgaan van institutionele actoren, het verenigingswezen en de privésector.
Zo vinden we er meerdere musea die gewijd zijn aan:
– het industriële of sociale verleden met het Brussels Museum voor Arbeid en Industrie – la Fonderie – het Museum van de Belgische Spoorwegen – het Museum van de Geuze – het Riolenmuseum;
– de podiumkunsten met meerdere theaters: het Kaaitheater, de KVS, Charleroi Danse, … en kunstscholen zoals ROSAS en de Circusschool,…
– de ontwerpsector met The EGG en MAD Brussels.
– en de hedendaagse kunst die er trouwens al een bijzondere plaats inneemt met meerdere galerijen, scholen en tentoonstellingsruimten, zoals WIELS, BRASS,…
De vestiging van een Museum voor Moderne en Hedendaagse Kunst zal de culturele roeping van dit gebied dus nog meer kracht bijzetten.
Daarnaast is er ook het vrijetijdstoerisme, dat voor Brussel van groot belang is en een sterk groeipotentieel heeft.
De MICE-sector is in Brussel goed voor een omzet van ongeveer 4 miljard euro (d.i. 2,5% van de economische activiteit in het Gewest) en stelt 25.000 mensen (waaronder 75% Brusselaars) rechtstreeks of onrechtstreeks aan het werk. Het is dan ook nodig te zorgen voor een grotere wisselwerking tussen het zakelijk toerisme en het vrijetijdstoerisme.
Na maandenlange besprekingen met de PSA-Groep, die eigenaar is van het terrein, viel de keuze voor de vestigingslocatie van het nieuwe Museum voor Moderne en Hedendaagse Kunst op het Citroëncomplex aan het IJzerplein in 1000 Brussel.
Het Citroëngebouw aan het IJzerplein is zowel door zijn modernistische bouwstijl als door zijn strategische ligging uitermate geschikt voor een grote culturele voorziening met internationale uitstraling, zoals dit Museum.
We nemen verder ook een voorbeeld van het modern aangelegde Parc André Citroën op de gronden van de vroegere autofabrieken in Parijs. Zo zal de onderbrenging van moderne kunstcollecties in dit complex een eerbetoon zijn aan het werk van André Citroën en het destijds beoogde ”vitrine-effect” van het gebouw intact houden. Bovendien vormt het een ongeëvenaarde locatie om deze collecties tentoon te stellen en tot hun recht te laten komen.
Op basis van de gesprekken die we de voorbije maanden met de PSA-Groep hebben gevoerd, zijn we erin geslaagd het terrein aan het IJzerplein te herstructuren, zodat we er niet alleen een grote culturele voorziening kunnen vestigen, maar op de rest van het terrein ook een nieuw vastgoedproject kunnen opstarten om er eventueel nieuwe woningen te bouwen, bij voorkeur langsheen de waterweg.
Ook de herstructurering van de rest van het terrein is immers van fundamenteel belang voor de heropleving van het Kanaalgebied.
“Met het ontwikkelingsproject voor Tour & Taxis, de herinrichting van het Becodok, de Picardbrug, het Upsite project, het Tivoli-project en de heraanleg van de Havenlaan, wil ik het Vergote- en het Becodok in de komende jaren een nieuw gezicht geven,” aldus nog de Minister-President.
Er is ook gesproken over een nieuwe locatie voor de commerciële activiteiten van de PSA-Groep in Brussel.
Zowel voor de PSA-Groep als voor het Gewest is het immers van fundamenteel belang om de commerciële aanwezigheid in de Kanaalzone te behouden en te ontwikkelen.
Daarom is in het akkoord tussen het Gewest en de PSA-groep bepaald dat de commerciële activiteiten ondergebracht zullen worden op het TACT-terrein. Dat openbare terrein, dat momenteel eigendom is van de Haven van Brussel, bevindt zich tussen het TIR-centrum en de site van Tour & Taxis en is specifiek bestemd voor economische activiteiten.
Het akkoord tussen de PSA-Groep en het Gewest wordt vandaag officieel verleden voor de notaris.
Het akkoord bepaalt dat het Gewest via de Maatschappij voor de Verwerving van Vastgoed (MVV) het terrein aan het IJzerplein aankoopt. Daarnaast wordt een erfpachtovereenkomst ondertekend waardoor de PSA-Groep de commerciële activiteiten voor haar drie merken (Citroën, Peugeot en DS) kan vestigen op een deel van het TACT-terrein.
De activiteiten van Citroën blijven nog ongeveer twee jaar in het gebouw aan het IJzerplein. Dat moet de PSA-Groep de nodige tijd geven om haar nieuwe filiaal te bouwen en haar activiteiten naar daar te verhuizen.
Intussen heeft de MVV een programmeringsopdracht uitgeschreven voor de herstructurering van het huizenblok aan het IJzerplein.
De jury, voorgezeten door de Bouwmeester, is in oktober samengekomen. Binnen enkele dagen gaan we officieel aankondigen welk studiebureau geselecteerd is om de studie uit te voeren.
De studie zal dus eerstdaags van start gaan en moet normaliter afgerond zijn tegen april 2016.
Het aangeduide multidisciplinaire team moet beoordelen welke mogelijkheden er zijn om de “Citroënsite” te herbestemmen en daarbij rekening houden met:
– het streven van het Gewest om het Kanaalgebied een nieuwe dynamiek te bezorgen,
– het streven van het Gewest om op deze strategische locatie in het Kanaalgebied een grootschalig stadsproject te verwezenlijken, door op het terrein onder meer een Museum voor Moderne en Hedendaagse Kunst met internationale uitstraling te vestigen,
– de aanbevelingen van het ”Kanaalplan” in verband met verdichting en vermenging,
– de woningbehoefte in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
– en de erfgoedkundige kenmerken van de site.
Verder zal ook de opdracht voor het bepalen van de programmering van het Museum en van de gepaste juridische structuur de komende maanden concreet vorm krijgen, met de bedoeling om in het museum publieke en/of private collecties onder te brengen.
Qua timing tot slot “streeft het Gewest ernaar de voorbereidende studies te hebben afgerond en de nodige stedenbouwkundige toelatingen te hebben verleend tegen het moment waarop Citroën uit het gebouw vertrekt, zodat het nieuwe Museum in 2018-2019 kan worden ingehuldigd,” zo besluit Minister-President Rudi Vervoort.
_____
