Rudi Vervoort: "De Regering regelt het toeristische logies in Brussel"
persbericht
17 juli 2015
Op donderdag 16 juli 2015 heeft de Regering van Rudi Vervoort in eerste lezing haar goedkeuring gehecht aan het besluit houdende uitvoering van de ordonnantie van 8 mei 2014 betreffende het toeristische logies. Deze ordonnantie voert een regeling in met voorwaarden voor de toegang tot het beroep inzake toeristische logies en breidt het toepassingsgebied van de regelgeving daarover uit, aangezien ze voordien enkel op hotels en gastenkamers van toepassing was.
“ Het is de bedoeling om de sector zowel in het belang van de exploitanten als van de klanten te regelen. Het gaat hier om de toeristische aantrekkelijkheid van ons Gewest “, verklaart Minister-President Rudi Vervoort.
De Minister-President wil de hele sector van toeristische logies in Brussel regelen omdat de huidige situatie volgens hem rechtsonzekerheid met zich meebrengt doordat er geen controle is op kwaliteit. Bovendien kon de huidige situatie leiden tot oneerlijke concurrentie ten opzichte van andere soorten toeristische verblijven, zoals hotels of gastenkamers, die zich moeten houden aan de wetgeving.
In de regelgeving zijn zes categorieën van toeristische logies opgenomen: hotel, aparthotel, toerismeverblijf, logies bij de bewoner, verblijfscentra voor sociaal toerisme en camping.
Het Gewest heeft gekozen voor een systeem van registratie van het toeristisch verblijf via een voorafgaande aangifte. De controle ter plaatse gebeurt nadien. Dat betekent dat de exploitant zijn activiteit kan aanvatten en op een wettige manier klanten kan ontvangen zodra hij het registratienummer heeft ontvangen.
Het besluit voorziet onder meer in de aanvullende specifieke exploitatievoorwaarden voor elke categorie van logies, de beschrijving van de voorafgaandelijke aangifte- en registratieprocedure, de inlichtingen die door de exploitanten zowel aan toeristen als aan het Nationaal Instituut voor de Statistiek moeten worden verstrekt, de verplichting om zichtbaar een logo aan te brengen, de brandbescherming, de controle en het aanwijzen van controleurs (van de Directie Economische Inspectie van Brussel Economie en Werkgelegenheid die erop moeten toezien dat de wetgeving ter zake wordt nageleefd) en de overgangsbepalingen ten gunste van de reeds actieve zaken.
Vervolgens zal de tekst bij de Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en bij de Raad van State voor advies worden voorgelegd.
_____