De Brusselse Regering voorziet in de bewaring en de opwaardering van het Brussels architecturaal erfgoed
persbericht
15 maart 2017
Naast de ambitieuze territoriale herontwikkeling met het oog op het ontstaan van nieuwe wijken in Brussel besteedt de Brusselse Regering eveneens aandacht aan de bewaring en de opwaardering van het architecturaal erfgoed. Zo loopt voor verscheidene delen van de voormalige abdij van Sint-Jacob op de Coudenberg en voor de vroegere apotheek Kusnick, respectievelijk in de Naamsestraat en de Leuvensestraat in Brussel, sinds donderdag een beschermingsprocedure.
“De verschillende gebouwen van de voormalige abdij van de Coudenberg behoren tot het opmerkelijk erfgoed van het Ancien Régime en vormen een geheel van uitzonderlijke kwaliteit in het Brussels Gewest”, stelde Minister-President Rudi Vervoort, belast voor Monumenten en Landschappen.
De oorspronkelijk twaalfde-eeuwse gebouwen langs de Naamsestraat zijn in 1776 vervangen door de huidige abdijwoning. De plannen van de Franse architect Barnabé Guimard moesten harmonie brengen in de abdij en deze esthetisch inpassen in de nieuwe Koninklijke Wijk (1775). De neoklassieke wijk werd gebouwd in een tijd toen Brussel nog sterk middeleeuws gestructureerd was en valt daarom op door zijn verbluffend modern karakter, zoals destijds enkel Parijs, Londen of Wenen dat konden bieden. De aanleg van de wijk geldt trouwens als een belangrijke mijlpaal in de stedenbouwkundige en architecturale geschiedenis van Brussel.
De apotheek Kusnick heeft steeds haar winkelraam en uitzonderlijk geheel van gebeeldhouwde lambrisering behouden. Het gaat om een imposante toonbank, uitstalramen en monumentale wandrekken versierd met gebeeldhouwde elementen in Vlaamse neorenaissance en neogotiek, een stijlenvermenging die eigen is aan de eclectische architectuur.
“Het is een bijzonder opmerkelijk geheel van een grote verfijning en dit soort interieurs blijven zelden bewaard. Het Gewest beschikt slechts over twee andere voorbeelden – de vroegere apotheken Delacre en Bon Secours. Het is een waar juweel dat bescherming verdient”, aldus nog Rudi Vervoort.
De Dienst Monumenten en Landschappen neemt de beide procedures in onderzoek. Als uniek gebouw wordt de voormalige abdij Sint-Jacob op de Coudenberg beschermd als geheel. De vroegere apotheek Kusnick van haar kant wordt beschermd als monument.
_____